INGEZONDEN. Een paar Tragen en antwoorden betreffende „Militair Recht Geachte Heer Redacteur! In mijne portefeuille van particuliere papieren vond ik een door een bekwaam rechtsgeleerde mij in 1890 gegeven particulier advies, waarvan voor menigen plaatselijken- en militairen commandant de kennisneming nuttig kan zijn. Als u dit met mij eens zijt, geef dan aan het hiernavolgende een plaatsje in uw Tijdschrift. Eerste vraag. Moet een chef al dan niet aan het Departement van Oorlog rapporteeren van het wegloopen en wegblijven uit het kwartier van een militair, die voor den krijgsraad dient terecht te staan? Antwoord. Naar mijne meening is dit rapporteeren niet noodig. Komt toch de gedroste eenmaal, hetzij te Batavia of elders, weder boven water, dan dient het moment afgewacht te worden, waarop hij door een ex-kameraad of door wien ook wordt herkend als K..., die zijn dienst verband nog niet heeft uitgediend. De militaire autoriteiten ter plaatse zijner herkenning, hiervan verwittigd, bezorgen hem daarop terug aan den militairen commandant van zijne laatste garnizoensplaats, welke commandant hem dan terstond in rechten betrekt voor de tegen hem aanhangig zijnde krijgsraadzaak. Tweede vraag. Wat moet door een militairen commandant gedaan worden als een militair een commun delict in gemeenschap met bur gers heeft gepleegd?

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 193