201 de bewoners dier tuinen aan te manen, den bergrug af te dalen en voor den Resident te verschijnen. De beide onderhandelaars kwamen niet terug, evenmin als er gevolg werd gegeven aan de aanmaning. Intusschen had zich hoe langer hoe meer volk in de tuinen verza meldde meesten waren gewapend met lans en klewang, terwijl vrouwen in het geheel niet werdeu waargenomen. De expeditiecommandant, die het tijdelijke bivouak wegens de gun stige ligging geschikt achtte voor de vestiging eener tweede étape, besloot den terugtocht naar het strandbivouak te aanvaarden, om hiervoor maatregelen te treffen; doch. toen ongeveer ten 2 ure n m. het sein werd gegeven om op te breken en de dwangarbeiders met hunne vrachten waren vooruitgezoodeu, bemerkte men eene buitengewone drukte en beweging in de tuinen van Holé en weid er verondersteld, dat de bevolking aanstalten maakte om aan de aanmaning gevolg te geven. Zonder den minsten argwaan werd daarom de terugtocht aanvaard, maar nauwelijks was de achterhoede op 300 passen van het af gebroken bivouak verwijderd, of met de snelheid van den bliksem waren eenige gewapende Rokka's den bergrug afgedaald en door het diepe ravijn getrokken. Joelende en tierende met opgeheven klewangs, liep een tiental voorvechters stoutmoedig door tot op 75 Meter van de achterhoede en schenen zij de kans te willen wagen om den troep aan te vallen. De houding en het gedrag dier lieden waren toen niet meer twij felachtig en ofschoon wij ons zooveel mogelijk wilden onthouden van het plegen van vijandelijkheden, was deze brutale en uitdagende houding niet langer te gedoogen. De achterhoede hield daarom voor een oogenblik stand, opende een salvo op de menigte en deed enkelen der voorvechters in het zand bijten. De bende stoof uit elkander, doch om op eenigen afstand verder meer gedekte stellingen te zoeken tegen ons geweervuur, op welks uitwérking zij zeker niet bedacht waren geweest. Het vallen der schoten was voor de overige Rokka's het sein om zich bij hunne vrienden aan te sluiten, zoodat het aantal van den vijand dan ook in weinig tijds tot 100 man was aangegroeid. Trots het geweervuur bleven de Rokka's standhouden, bedreigden

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 212