203 noodige personeel en de tandoes bij de colonne, omdat eene ont moeting met den vijand na de laatste gebeurtenis, niet onwaarschijnlijk werd geacht. Eindelijk maakte ook de le luitenant-kwartiermeester T. Hoeboer den tocht mede, ten einde een overzicht te verkrijgen van de gevolgen, die het oprichten van meerdere étapes op de regeling van den transportdienst zou hebben. In het strandbivouak bleven met de rest der troepen, de 1® luitenant J. van Q-eelen en de 2® luitenant Diemont. De eerste trad op als commandant van bet strandbivouak, genaamd Wai-mokeh. Om 3 uur des nachts marcheerde de colonne van het strandbivouak af en eerst tegen 71/2 ure v. m. van den 28en Mei werd, zonder eenige ontmoeting met den vijand, de bergrug Wawa bereikt. Dat zulk een nachtelijke tocht bij donkere maan over een zeer geacciden teerd terrein, waarbij drie ravijnen moesten worden doorgetrokken, met de grootste bezwaren gepaard ging, behoeft zeker geen betoog. Het was dan ook een ware uitkomst, toen de eerste zonnestralen door de wolken heen braken en het kronkelende en oneffen voetpad eenigszins verlichtten. De eerste étape na het strandbivouak Wai-mokeh werd alzoo geves tigd en verkreeg zij den naam van bivouak Wawa. In afwachting der aangevraagde versterking, werden van Wawa uit dagelijks verkenningen in den omtrek gedaan en werd een begin ge maakt met het begaanbaar maken van het voetpad, dat naar Eko-feto en Wolo- wioe heette te leiden en ook deels door de expeditie van Schelle was doorloopen. De werkzaamheden waren zeer afmattend, vooral wat betreft die in het vierde ravijn, en welke middelen er ook werden beproefd om het afdalen en opklimmen van dit ravijn te vergemakkelijken, niets mocht baten. Om een idee te geven van de hierbij ondervonden moeilijkheden en bezwaren, zij slechts aangeteekend, dat er dage lijks 50 dwangarbeiders benoodigd en in de weer waren, voor het opvoeren van drink- en kookwater voor eene bezetting van ruim 100 man. De legering van de bezetting te Wawa bleef intusschen gebrekkig, omdat de aangevraagde bamboe en andere materialen nog niet waren

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 214