204
ontvangen en tot nog toe geen bamboe in de omstreken was ontdekt.
Om de gemeenschap met het strandbivouak te onderhouden en de
vivres en andere benoodigdheden op te voeren, moesten in den be
ginne dagelijks, later om den anderen dag transporten loopen, die
geëscorteerd werden door 15 tot 20 bajonetten. Deze transporten
vertrokken des morgens om 6 uur van het strandbivouak en kwamen
tusschen 11 uur v. m. en 12 uur ra. te Wawa aan, alwaar de dwang
arbeiders het middageten" nuttigden en na gerust te hebben tegen
2 ure n. m. weder onbevrucht terugkeerden.
Van uit de hoogte Wawa kon het voorliggende terrein goed
overzien worden en werden enkele met bamboe begroeide bergtoppen
opgemerkt, die het voorkomen van kampongs hadden.
Een dezer bergtoppen in N. O. richting van Wawa werd door den
gids Ladja (een inwonor van Kotta) aangeduid als de kampong Do,
welker bewoners tuinen hadden in de meergenoemde tuinen van Holé.
Een tweede en derde bergtop met bamboe begroeid, meer achterwaarts
van Do en hooger op gelegen, werden genoemd als te zijn respectie
velijk de kampongs Lodo en Watoe-loko.
Gedurende het verblijf in het bivouak Wawa bleef men niet in gebreke
dagelijks inlichtingen omtrent den vijand en de ligging der roof
zuchtige kampongs Eko-feto en Wolo-wioe in te winnen en ofschoon
de gids Ladja, afkomstig uit genoemde streken, de goede ligging dier
kampongs wist mede te deelen en zulks ook deed, zoo werd uit de
gebrekkige vertolking begrepen en opgemaakt, dat. Eko-feto en Wolc-
wioe moesten liggen in eene vallei achter de kampong Do. Wij zullen
later zien, dat dit eene schromeljjke vergissing was, en had de expeditie
commandant terstond geweten, dat om te Eko-feto en Wolo-wioe te
komen, de hooge bergketen, die als 't ware over het midden van
het geheele eiland, van West naar Oost gaat, moest worden over
schreden, dan zou zijn rapport aan het Legerbestuur geheel anders
hebben geluid, en in stede van slechts 50 man versterking, zou hij
zeker het driedubbele van die sterkte hebben verzocht. Den 29en Mei
kwam de Resident in het bivouak Wawa aan en werd, in overleg met
den kapitein van Baarda, besloten tegen de kampong Do op te ruk
ken en de Rokkaneezen daar ter plaatse voor het laatst een ultima
tum te stellen. De vijand toch wilde van geen onderhandelen weten