- 265
Men ziet: deze voorschriften zijn nog onvolledig, doch het denkbeeld
om ze te geven is goed. Jammer genoeg wordt er in het geheel
niet gesproken over de wijze waarop zoo'n verkenning het best ge
schiedt, en over de middelen die daarbij ter beschikking staan.
Welk doel wordt nu met de verkenning beoogd?
In de eerste plaats zoowel bij den aanval als bij de verdediging:
het verkrijgen van betere kennis van het terrein dan de bestudeering
van de kaart geven kan.
In de tweede plaats: bij den aanval het bepalen van de richting,
uitgebreidheid, zwakke punteu enz. van de vijandelijke stelling, bij
de verdediging het uitzoeken van een stelling, die uit zich zelf de
meeste voordeelen voor de verdediging oplevert.
In de derde plaats zoowel bij den aanval als de verdediging: het
uitvorschen van de richting waaruit en het punt waarop de stelling
liet best kan worden aangevallen.
In de vierde plaats: bij den aanval hoe men de vijaudelijke stel
ling over verschillende strooken het best kan naderen, bij de verde
diging hoe men de natuurlijke sterkte der stelling het best kan ver-
hoogen.
Voor het uitvoeren der verkenning beschikt de bevelhebber in
beide gevalen over dezelfde middelen: de kaart, de cavalerie, zijn
eigen persoon, stafofficieren en adjudanten, de commandanten der
artillerie en der genietroepen, de artillerie en de infanterie, doch
beschikt hij bij de verdediging in den regel over veel meer tijd dan
bij den aanval.
Toch begaat elk bevelhebber een groote fout als hij zich bij den
aanval niet den noodigeu tijd gunt om zich voldoende klaarheid omtrent
de wederzijdsche verhoudingen te verschaffen.
Natuurlijk is hiertoe niet altijd een even ver doorgezette verkenning
noodig. De een haalt uit enkele berichten veel meer dan de ander;
de een ziet met één oogopslag hetgeen de ander eerst na een half
uur heeft bemerkt, doch die een beschikt dan over een gelukkige
gave, de ander niet. Vooral de laatste moet dan door aanhoudende
oefening trachten den eersten in dat opzicht geheel en al nabij te
komen, want tijdverlies drukt zwaar, vooral in onze Indische oorlogen;
zij wreekt zich in vermeerderde vermoeienis van den troep.