291
Alhoewel nu en dan zich enkele Rokka's in de naburige tuinen
vertoonden om ongemerkt het rijpe gewas weg te haleD, werd er
overigens van den vijand niets bemerkt en heerschte er voor eenigen
tijd eene ongekende rust. Er werd daarom in het bivouak Do flink
doorgewerkt aan het verboteren van het troepenlogies, opruimen der
terreinhindernissen rondom het bivouak, verbeteren van den transport-
weg naar Wawa, den waterweg enz. (1). Er was dagelijks werk volop en
de troep werd goed bezig gehouden.
Op zekeren dag bij goed helder weder, terwijl wij even als ge
woonlijk onze kijkers richtten naar het hoogste punt van den bijna
voor het oog onzichtbaren bergrug, door de gidsen de Sè-Kèngè
genaamd, dien wij eerstdaags zouden moeten overschrijden, werden wij
verrast door de aanwezigheid van een massa menschen da&r ter
plaatse, die schenen te arbeiden aan eene versterking. Ons vermoeden
te dien opzichte werd bevestigd, toen den volgenden morgen een
gedeelte der gestelde palissadeering werd waargenomen, welke palissa
deering met den dag in uitgestrektheid toenam. Wij vermochten niets
om het werk van den vijand tegen te gaan en moesten het daarom
met leede oogen aanzien.
Uit het opwerpen der geduchte versterking op de Sè-Kèngè,
waarover een pas voert naar Eko-feto en Wolo-wioe moest men
afleiden, dat de vijandelijke macht zich achter dien bergrug in ge
noemde kampongs had geconcentreerd.
Volgens berichten had de bevolking van Do zich aldaar ook een
goed heenkomen gezocht.
In de eerste dagen van ons verblijf te Do viel er iets voor, dat
niet onvermeld mag gelaten worden. Op denzelfdeu dag, n. 1 na de
mislukte poging tot overvalling op het transport onder den 2™ luitenant
Smit Sibinga, werd aan een twintigtal Timoreesche Alfoeren onder
hunne méos, de opdracht gegeven om de in den omtrek van Do
verspreid staande en verlaten ladanghuisjes te verbranden, de enkele
rondzwervende Rokka's te verjagen en hun zooveel mogelijk afbreuk
te doen. Voor deze soort van opdracht waren onze Timoreesche
Alfoeren volkomen berekend wegens hunne groote behendigheid en
1) Groote boomen, die het uitzicht belemmerden, werden door raiddel van dynamiet
weggeruimd, welk springmiddel door den heer van Schelle was medegebracht.