295 uit de gevangenis te Timor Koepang was ontsnapt en zich weder op Endeh bevond. Hij was verder bezig om de berg-Endehneezen tegen het Gou vernement op te ruien en trachtte van de afwezigheid van den post houder gebruik te maken om de kampongs af te lonpen. De post houder Brugman werd daarom terstond naar zijne standplaats teruggezonden, hetgeen zeer te bejammeren was, want deze posthouder was door zijne bekendheid met de Boegineesche en Endeh-.eesche taal bijzonder geschikt tot het voeren van onderhandelingen. Tien dagen later na het vertrek van de Zwaluw (18 Juni) kwam de Sumbawa, de zoogenaamde Timorboot m de Aiméreh baai aan, aan boord hebbende 68 man iufanterie-reserve van Macassar en ontving de kapitein van Baarda met deze gelegenheid een officieel schrijven van het Legerbestuur, luidende; dat. om meer kracht en klem bij het tinonderzoek te zet.en en dit zoo spoedig mogelijk te doen beëindigen, eene macht van nog 100 man infanterie uit Willem I, benevens eene sectie bergartillerie uit Salatiga was bestemd, om de aanwezige troepenmacht op Zuid-Elores te versterken. Bij aan komst der nieuwe versterking op Ftores zou de majoor Collard op treden als Commandant der geheele expeditionnaire macht, terwijl den kapitein van Baarda, als zoodanig aft-edende, de dienst van Chef van den Siaf der expeditie werd opgedragen. Op dit telegrafisch bericht door de Zwaluw aangebracht, spoedde de kapitein van Baarda zich naar het strandbivouak, teneinde hier den nieuwbenoemden expeditiecommandant te verwelkomen en diens orders af te wachten. Den 29- Juni arriveerde de Prins Alexander ter reede Wai-mokeh, aan boord hebbende de verwachte versterking. Zij bestond uit 103 man infanterie, benevens het vaandel en de muziek van het 8e Bataljon Infanterie en 1 sectie bergartillerie, sterk 45 man met 2 stukken van 7 cM. Staal Achterlaad, 10 paarden en 30 muildieren. 300 dwangarbeiders waren mede ter versterking van het reeds aanwezige aantal aangekomen. De officieren bij die colonne aanwezig waren de volgende: majoor P. L. A. Collard, met diens adjudant den len luitenant A. J H,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 306