329 groote afwijking aan het projectiel zoude geven, dat er van treffen wel geene sprake zou zijn. Blijkbaar intusschen rekende men hier slechts op de horizontale, en niet op de vertikale afwijking. De majoor, die op de knie van zijnen tegenstander aanlegde, om een der beeneu te treffen, bracht den Heer van den Berghe echter, „par malheur et par hasaid'' een doodelijk schot toe, waarvoor hij thans voor den tijd van 1 jaar en 6 weken achter de traliën zit. Wij wenschen dit opstel te besluiten met een paar aanteekeningen, ter aanduiding, in hoe verre het duel alsnog in zwang is. In Ne derland is het tweegevecht zoo goed als verdwenen. De theorie, dat een duel altijd verachtelijk is, n' importe wat er aan vooraf ging, heeft er reeds heel wat aanhangers. Een officier van het Nederlandsche leger, de kapitien der infanterie W. M. H. Anten, die korten tijd geleden eene brochure uitgaf, tot titel dragende: „het verachtelijke en verder felijke van het duel" maakt voor die theorie zooveel mogelijk propaganda. Nu een paar jaar geleden is er, tot in de Staten-Generaal toe, heel wat om te doen geweest, dat een luitenant met goedvinden van zijnen batal jonscommandant is gaan duelleeren met een student, die hem, officier, een klap gegeven had en er voor bedankt had, zich daarover te verontschuldigen. In Engeland bestaat, sedert luitenant Munro den kolonel Faweett en de luitenant Hawkeij den luitenant Seton doodde en ophanging wegens moorcl werd toegezegd aan elkeen, die voortaan iemand in een duel versloeg, het tweegevecht niet meer Eene groote „Yereeniging tegen het Duel" die eene menigte per sonen van hoogen adel, admiraals en generaals onder hare leden telt, schijnt daartoe veel te hebben bijgedragen. In Duitschland wordt nog vrij druk geduelleerd. Een Ehrenge- richt en Ehrenrath maakt uit of de officier al dan niet behoort te duelleeren. Duelleert als het moet de officier niet, dan wordt hij uit den krijgsdienst ontslagen. Het is nog niet zoo heel lang geleden, dat drie broeders, de gra-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 340