PROEVE EEN Ell BESCHOUWING OYER DEN ANATO- MISCHEN BOUW VAN HET HIJ PAARD IN VERBAND MET HET EXTERIEUR EN DE AFRICHTING. Inleiding. Het; bovenstaande onderwerp is, in dit verband, voor zoover ik weet, nog weinig behandeld; in het Nederlandsch zeker niet veel. Op dit terrein liggen voetangels en klemmen; ik ben er mij van bewust, want aangaande dressuur en ook extérieur denkt men niet éénstemmig; het beste bewijs daarvoor is het vele wat over deze beide onderwerpen wordt geschreven. Steekhoudende critiek zal mij welkom zijn, evenals ik de bewer king van het verdere gedeelte van het paard door een anderen liefhebber beslist zal toejuichen. Het Indische paard, met name de Sandelwuod, acht ik, schoon zelf maar een gastrol in het Ned-Indische leger vervullende, de belangstelling overwaard, te meer naarmate het moeielijker wordt het in voldoenden getale en van bevredigend gehalte te verkrijgen. De werken, die ik ten behoeve van dit opstel raadpleegde, zijn de volgende: Goubaux et Barrier, L'extérieur du cheval. Günther, Die topographische Myologie des Pferdes. Franck, Anatomie der Hausthiere. Pierre, Marchands de cheval et marchands de chevaux. Stonehenge, British rural sports. Herbin, Etudes hippiques. Von Honteton, Etinnerungen eines alten Cavaleristen. Seidler, Die Systematische Dressur des Gebrauchs-und Kam- pagnepferdes. Recueil de médecine vétérinaire. Prosch, Das Aiissere des Pferdes

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 357