M
v,
413
V|
V,
J 8.5
Totaal kon gerekend worden: op IS.5 treffers en op 4
ricochettreffersverkregen 35 °/0 directe en 5.5 °/0 ricochettreffers.
Door de bijgevoegde gedeelten der schijven werd hiervan opgevangen
bijna 6 °/0 directe treffers en bijna 2 ricochettreffers.
Zoowel bij deze als bij de vorige gezamenlijke vuuroefening, bleek
de groote rechtsche afwijking tengevolge der derivatie. Bij het vuren
toch der linkerrotten werden in het linkergedeelte der voorste schijf
zeer weinig treffers gevonden (zie boven), in het rechtergedeelte
daarentegen veel (deze laatste moesten echter buiten beschouwing
blijven).
In het rechtergedeelte der achterste schijf werden eveneens 2 en
ruim 3 maal meer treffers door de linkervleugelrotten verkregen, dan
door de rechtervleugelrotten in het linkergedeelte daarvan gemaakt
werden.
Uit deze voorbeelden ziet men dat een beduidend procent treffers
niet wordt opgevangen door, bij het opstellen der schijven, diepe
doelen voorstellende, geen rekening te houden met de frontbreedte
van den vurenden troep en met de treffers, welke in derechter
vleugels der, achter de voorste schijf (afdeeling of rot) geplaatste,
afdeelingen of rotten door de tegenovergestelde vleugels van den
vurenden troep gemaakt zouden kunnen worden. De door mij toe
gepaste wijze is echter weinig aan te bevelen, zij is zeer omslachtig
en bovendien in strijd met 118 van het schietvoorschrift (2e alinea
laatste 5 regels). Men zoude echter het diepe doel door één schijf
(rij groepsschijven) kunnen voorstellen, doch men stuit daarbij weer op
in het midden
(2.5
M. breedte) 9
verkregen 17.8
in de rechterflank.
0 75
id.
V2
bijna 1.7
in de linkerflank
id.
0.3
in den rechterbeneden driehoek.
1.7
in den linkerbeneden driehoek
0.3
Ricochettreffers in de voor
h
ste schijf van 2.5 M.
breedte, ruim
3
°/o
verkregen 3.6
In de achterste schijf
In het midden van 2.5 M.
12
rechteraanhangsel
11 bijna 3
O
linker