420 hoog en op 29 M. daarachter één van 0.46 M. hoog en van dezelfde breedte) een groot gedeelte der treffers niet opvangt, heb ik reeds vroeger gezegd; maar bovendien heeft deze wijze het nadeel, van raaksehoten op te vangen, welke in de sectie zelve niet zouden worden gemaakt. Bij dergelijke opstellingen is natuurlijk het front van den vurenden troep altijd breeder dan dat van één der front schijven terwjjl de afstand tusschen de vóór- en achterschijven altijd grooter is dan de diepte van eene sectie uit de flank Wanneer men nu den rechtervleugel van den troep door een ljjn vereenigt met de rechterzijde van de achterschijf van b. v. de linker sectie, zal deze lijn geheel buiten de sectie vallen met andere woorden, in deze richting kunnen raaksehoten vallen in de achterschijf, welke de sectie niet zouden kunnen treffen. B. v. een gesloten sectiecolonne op twee gelederen uit de flank in staande houding wordt op 400 M. door een peloton infanterie, op de wijze als boven gezegd is, beschoten. Wanneer elke sectie nu door slechts twee schijven wordt voorgesteld, zullen de treffers, door het linker gedeelte -van het peloton, in de rechter achterschijf gemaakt, de sectie zelve niet kunnen treffen, terwijl bijna het geheele overige ge deelte der schutters in de schijf treffers maken kan, welke die sectie niet zouden raken. Slechts de raaksehoten van de twee rotten, welke in de richting der twee schijven staan, moeten de sectie treffen. Hoe nu eene compagnie, met verdubbelde rotten uit de flank marcheerende, door schijven moet worden voorgesteld, blijkt genoeg zaam uit de aangegeven wijze voor eene sectie uit de flank. Ook hierbij zal het zelden voorkomen, dat éénzelfde kogel de beide flanken trefr, daar hiertoe op 200 M. reeds een frontbreedte van den vurenden troep van 22.5, op 300 M. een van 32.U M. noodig is. Yoor zooverre een diep doel niet dooréén schijf (rij groepsschijven) wordt voorgesteld heeft de hier aangegeven wijze van opstelling het voordeel van het doel voor te stellen, zooals het zich in de werkelijkheid voordoet; daarentegen het nadeel van een groot aantal schijven te vereischen. Men kan hierin eenigszins te gemoet komen, door het front van één sectie gelijk 8 M. te nemen, hetgeen meer met de waarheid zal overeenkomen, dan het te stellen op 12 of 13 M. Hoewel onze soldaten alleen in een oorlog tegen een Europeeschen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 431