41 - komt op hetzelfde neer, want welke rechter zal de doodstraf uit spreken wanneer hem dit niet bepaald door de wet wordt voor geschreven? Vreemd zijn verder de straffen, die op de strafbare poging zijn gesteld. Tegen het trekken van het geweer tegen zijnen meerdere wordt de doodstraf gesteld, waartegen in verband met den ernst van het vergrijp geene bezwaren kunnen bestaan, mits men het woord geweer verandere in „een vuur- of blank wapen", waaronder dan ook revolvers, krissen, pieken enz. begrepen zijn. Van poging tot andere feitelijke insubordinatie wordt evenwel niet gerept, zoodat deze gebracht dient te worden onder art. 99. Men heeft dus Feitelijke insubordinatie middels het Andere feitelijke insubordinatie Men zal moeten erkennen dat de laatste straf op de strafbare poging gesteld geen verband houdt met de eerste, terwijl beide in strijd zijn met de in Iudië geldende en in het Wetboek van Strafrecht voor Europeanen en Inlanders opgenomen bepaling, dat poging gestraft wordt met de straf volgende op die, welke tegen het misdrijf zelf is bedreigd. Eene scherpe tegenstelling met de strenge straf waarmede de feitelijke insubordinatie wordt bedreigd, vormt de straf op andere insubordinatie gesteld. Blijkens art. 99 kan iedere fuselier zich de weelde permitteeren zijn hoogst geplaatsten chef voor het front van de troepen, zooals bijv. bij eene parade, in tegenwoordigheid van honderde burgers op de liederljjkste wijze uit te schelden en te beleedigen ten koste van de geringe straf van hoogstens een jaar militaire detentie, waarbij later bij Koninklijk Besluit nog facultatieve plaatsing bij een strafdetachement werd gevoegd. Ieder die weet welk een uitgebreid répertoire van scheld- en geweer Doodstraf. Poging tot dit misdrijf: Ook doodstraf. Doodstraf. Poging tot dit misdrijf: hoogstens een jaar militaire detentie met facultatieve bijkomende straf van plaatsing bij een strafdetache ment.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 52