554 Legercommandant eene voordracht maakt (hetgeen hem wellicht zelfs niet opgedragen is), moet deze door de handen vnn den Gouverneur- Generaal, waar zij samentreft met die van alle andere departementen van algemeen bestuur. Het leger is nu eenmaal geen troetelkindje, bovendien geldt bij den Gouverneur-Generaal vermoedelijk ook de redeneering aanstonds sub 2e te bespreken, en daar gaan derhalve de andere takken van dienst voorde voordracht van den Legercom mandant wordt besnoeid. Daarna komt die voordracht in Nederland hier maken vele ambtenaren zich verdienstelijk in de onmiddellijke nabijheid van den Minister van Koloniën zelf; die moeten nu nog een plaats krijgen op de reeds lange lijst. Ook uit Suriname en Curngio zijn belooningen aangevraagd. Zijne Excellentie durft met die enorme lijst van verdienstelijke mannen niet bij Hare Majesteit verschijnen, er moet gesnoeid worden, en nu zijn het weer misken ning van de moeilijke taak van het leger in Indië eenerzijds, en de redeneering die hier sub 2e volgt anderzijds, welke andermaal dat leger tot het kind der rekening maken. Zoo kan het Nederlandsche leger twintig decoratiën oogsten, zonder meer gezaaid te hebben dan het Indische, dat slechts twee ridder orden kreeg. 2e. De tweede reden ligt in de eigenaardige, vrij algemeen verkon digde beschouwing: het Indische leger heeft de gelegenheid om andere decoratiën te verwerven. Dus, omdat iemand zijn leven waagt voor het vaderland en daar voor een tinnen eereteeken ontvangen heeft als herinnering, of omdat iemand in den strijd voor hot vaderland zóó heeft uitgemunt, zich zóó heeft bloot gegeven, zóó door moed, beleid, trouw heeft uitge blonken dat hem, voor dat persoonlijke feit, de Willemsorde is moe ten worden toegedacht, daarom zal hem hetgeen hij verder doet niet meer, zelfs niet evenveel, maar minder toegerekend worden, dan een ander Ja, nog sterker, alleen omdat, hij op die wijze kan schitteren, wordt hij reeds minder goed bedacht bij voorbaat. Deze redeneering moge in elk ander land bespottelijk genoemd

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 565