563 lieerde te storten, zeer jong moeten toetreden en dan aan de zwaarste contributie onderworpen zijn. Ten slotte wensch ik nog de aaudaeht te vestigen op het volgen de: Blijkens de contributietabellen bij dit voorstel is het verschil tusschen de contributiebedragen bij de stortingen levenslang en ge durende 20 jaren ongeveer even groot voor jonge menschen als voor ouderen, ja voor de jeugdigeu zelfs geringer (1). Bij toetreding op 20jarigen leeftijd bijv. bedraagt de contributie levenslang f 1.75 'smaands en gedurende 20 jaren f 2.50, verschil alzoo f 0.75; bij toetreding op 39jarigeu leeftijd zijn die bedragen respectievelijk 3.20 en 4.verschil f 0.80. Kan dat juist zijn Voor 20jarigen is de gemiddelde levensduur berekend op 57 jaar, levenstijd nog 37 jaar en voor 39jarigen op, ik meen, 62, levens tijd nog maar 23 jaar. 39 jaar is dus bijna de leeftijd, waar op tusschen de contributiebedragen levenslang en gedurende 20 jaren geen verschil meer kan zijn. Het bedoelde verschil moet, zou men zoo oppervlakkig zeggen, dus voor 20jarigen veel grooter zijn dan voor 39jarigen en zeker niet kleiner dan in de tabellen. Laat ik de rentekweeking buiten beschouwing, dan wil het mij toe schijnen, dat, indien de sterftekans er toe leidt om de bedoelde verschil len voor 20 en 39jarigeu gelijk te doen zijn, ook het verschil tusschen de bedragen f 2.50 en f 4.en tusschen de bedragen f 1.75 en f 3.20 eene fout is. Deze mij toeschijnende absurditeit wekt bij mij geen zeer groot vertrouwen op de berekening in haar geheel. Het voorstel zonder kapitaalvorming met contributieregeling naar den leeftijdvoorkomende in de December aflevering van het Indisch Militair Tijd schriftvan dit jaar. Allereerst zal ik wijzen op de voordeelen daarvan In dit voorstel is er naar gestreefd om ieder lid gemiddeld niet meer of minder te doen bijdragen dan voor de uitkeering aan zijne (1) De contributiebedragen zijn nader eenigszins gewijzigd, doch niet zooveel, dat de waarde van het hierboven geschrevene verminderd is. De bovenvermelde bedra gen zijn namelijk gewijzigd als volgt: f 2.50 is geworden f 2.65 en f 4.— 4.10 de genoemde verschillen f 0.75 en f 0.80 zijn dus beide f 0.90 geworden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1893 | | pagina 574