59
doet voorkomen of het belang van het Indisch Leger daarmede zoude
kunnen worden geschaad.
De Indische Commissie heeft die noodzakelijkheid enz. met dege
lijke op tactische gronden berustende motieven aangetoond.
Hoewel financieele redenen daartoe ook hebben geleid, vormden deze
toch volstrekt niet het uitgangspunt van dat betoog, maar wel, dat,
daar de Marine bestemd is, zoowel met het Nederlandsche als met
het Nederlandsch Indisch leger tegen den vijand te ageeren en de
Marine wat hare Infanteriebewapenrng aangaat steeds één zal zijn met
het Nederlandsche leger en het meermalen voorkomt dat de Marine-
landingsdivisie, zooals nu weder onlangs gebeurde in het Tamiangsche,
als een belangrijk onderdeel van de ageerende troepenmassa in Indië
optreedt, het daarom van groot belang is om de eenheid van munitie
bij zulk een ageerende troepenmacht te bevorderen, de bewapening
van de drie genoemde onderdeelen, uitmakende de hoofdmacht, zoowel
van de Nederlandsche als van de Nederlandsch Indische strijdkrachten
een en dezelfde te doen zijn.
Nog zou kunnen worden toegegeven, dat het sluitmechanisme der
geweren van beide legers, zoo daarvoor bijzondere gewichtige redenen
te vinden waren, zou kunnen verschillen, zooals ook onder anderen
het geval is met ons tegenwoordig Beaumontgeweer en de karabijn
van de Cavalerie, maar steeds zou daarbij op den voorgrond moeten
staan het onder geen voorwaarde lostelaten beginsel, dat de patroon
voor beide legers dezelfde is.
Eenheid van munitie bij een ageerende troepenmacht, bestaande
uit verschillende Infanteriesoorten als in Indië:
1°. Uit de Infanterie van het Indisch leger
2e. Uit die der Marinelandingsdivisie en
3e. Uit die der Koloniale Reserve
is een gebiedend tactisch vereischte, dat nimmer mag worden losge
laten voorbeelden uit de krijgsgeschiedenis in Europa zijn in overvloed
aanwezig, zoowel als uit de tijden der eerste expeditie tegen Atjeh,
toen SWderpatronen der geweren, waarmede de matrozen toen nog
bewapend waren, op een zeer critiek oogenblik, door een adelborst
eerste klasse, aan de strijdende Mariniers der landingsdivisie, toen
reeds met het Beaumontgeweer bewapend, werden verstrekt, om niet