93
kan leiden, dan dat het tweegevecht naar den Code Penal niet strafbaar
is, en dat alsdan hetzelfde geldt voor de Nederlandsch-Indische wetboeken
van strafrecht, welke toch slechts bewerkingen voor Nederlandsch-Indië
zijn van dien Code;
Overwegende dat nu art. 20 der Algemeone Bepalingen van wetgeving
den rechter uitdrukkelijk voorschrijft volgens de wet recht te spreken,
en hem verbiedt bij zijne rechtspraak ten deze de innerlijke waarde of
billijkheid der wet te beoordeelen, dat hij hierdoor ten strengste gebonden
is aan datgene, wat zijne wetenschappelijke studie der wet hem als den
daarin uitgedrukten wil des wetgevers doet kennen, en eed en plicht
hem dus niet toelaten de bewoordingen der wet in eenigen anderen zin
uitteleggen en toetepassen, hoe nuttig hem dit moge voorkomen;
Dat dit echter zou geschieden, waar de rechter, met miskenning van
het feit, dat de wetgever blijkbaar het tweegevecht als een zelfstandig
feit heeft beschouwd en straffeloos heeft willen laten, op verwonding of
doodslag daaruit voortvloeiende uit hun strafrechtelijk verband gerukt, de
bepalingen der wet op zulke handelingen, buiten tweegevecht begaan,
zou toepassen
Overwegende dat alzoo de beklaagde, thans geappelleerde, van het hem
ten laste gelegd feit behoort te worden vrijgesproken;
Gelet op art. 50 van 's Hofs Provisioneele Instructie.
Rechtdoende
In naam en van wege de Koningin!
Ontvangt het appel;
Vernietigt het vonnis, waarvan appèl;
Spreekt den beklaagde, thans geappelleerde, vrij van het hem ton laste
gelegde;
Verwijst den staat in de kosten en misen der Justitie, mitsgaders in
die van den processe in beide instantiën gevallen
Aldus gedaan, enz.
Sprokkelingen.
Bij A.O. No. 51 van 1893 wordt aan het leger bekend gemaakt, dat
onder afdeeling M van tarief No. 46b een nieuwe 23'' is opgenomen.
Die luidt: „aan hoogstens de helft der bij de muziekkorpsen der
„veldbataljons ingedeeld wordende Europeanen kan een daggeld van f 0.10
„boven hunne soldij worden verleend."