124 van zijne bevelovei brengers, van af den ordonnans tot aan den stafofficier, al naarmate het gewicht der zaak. Maar den grootsten invloed op den gang van het gevecht oefent de bevelhebber uit door het opnieuw toevoeren van versche krachten. Dit laatste nu kan geschieden of om sommige deelen der slaglinie bij te springen öf om op het gewenschte punt den beslissenden stoot toe te brengen dan wel af te slaan. Vragen om versterking komen, zooals de ondervinding leert, aan houdend in. De beste gevechtsleider is hij, die alleen hulp verleent waar en voor zoover die werkelijk noodig is, om toch fooral zijne versche krachten te kunnen aanwenden in de richting, waarin de zege moet worden bevochten. Over troepen, die in gevecht zijn, heeft de bevelhebber geen vrije beschikking meer. Die kan hij alleen nog voorwaarts opjagen, en zelfs dit kan hij dikwijls niet dan ten koste van een deel zijner reserven, en altijd ten koste van groote verliezen. Die troepen gebruiken tot het pareeren van onvoorziene hande lingen des vijands, is niet mogelijk; daartoe zijn ze te zeer aan hun gevechtsfront gebonden. Optreden tegenover den vijand in eene te voren niet voorziene richting kan hij alleen door het gebruik maken van zijne reserven. Hetzelfde geldt voor het toebrengen of afslaan van den laatsten beslissenden stoot. Bezigt hij zijne laatste reserven hiervoor, dan heeft daarmede ook al zijn invloed op den gang van het gevecht opgehouden en kan hij niets anders doen dan kalm den afloop afwachten en de maatregelen nemen voor de vervolging of den terugtocht. Gelukkig hij, die zijne laatste reserven gebruikt tot het bevechten der overwinning! De bovenstaande beginselen worden geheel en al teruggevonden in het Duitsche gevechtsvoorschrift. Wees spaarzaam met de reserven, heet het daarin, doch aarzel nooit, om tot het bereiken van het een of ander doel al de daarvoor benoodigde krachten te gebruiken! Versterk nooit met stukjes en beetjes, doch in eens afdoende, en bovenallaat, waar de beslissing gezocht wordt, nooit een deel der reserven ongebruikt om een even-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 133