145 De bii de Noorder-divisie ingedeelde cavalerie verkende onderwijl in Zuidelijke richting. Ik was juist op het goede oogenblik gekomen, want ongeveer vijf minuten na mijne komst (9 uur) begon het aan de zijde van Pflugfel- den te knetteren. Het waren de door de Noorder-divisie vooruit geschoven infanterieposten en patrouilles, die de op verkenning zijnde vijandelijke cavalerie terugdreven. De Zuidelijken werden hierdoor eenigszins ingelicht omtrent de stelling der Noordelijken. Tot op 2200 Meter was het der infanterie der Zuider-divisie gelukt, de vijandelijke stelling gedekt te naderentoen echter de hoogten 335 en 320, ten W. van Kornwestheim, moesten worden overgetrokken, werd zij voor de Noorderpartij zichtbaar, hetgeen bleek, toen, over de huizen van het dorp Pflugfelden heen, de ten N. daarvan staande batterijen haar vuur openden. De artillerie der Zuider-divisie beant woordde dit vuur van af de hoogte 320. Van af dit oogenblik 101 /4 u.) donderde het geschut zonder ophouden tot 12 uur s' middags. Nadat de verkenningspatrouilles der cavalerie van de Noorder-divisie den linkeropmarsch der Zuider-divisie hadden vastgesteld, ontwikkelde de 53° infanteriebrigade (N. div.) zich ten Westen van Pflugfelden. Daar de ontknooping naar alle waarschijnlijkheid dicht bij de door de Noorder-partij ingenomen stellingen zou plaats vinden, begaf ik mij daarheen. Ook H. H. Majesteiten, de Keizer en de Koning, bevonden zich daar; de rijtuigen der dames stonden bij den Römerhügel. Het was ongeveer half elf, toen op de Zuidelijk van Pflugfelden gelegen hoogteruggen de lange tirailleurliniën der Zuider-divisie zichtbaar werden. De rechtercolonne wendde zich tegen den Römer hügel, de linker tegen Pflugfelden. Terwijl nu de aanvallende infanterie sprongsgewijze voorwaarts rukte, zag men bij het dorp Möglingen, dichte roodachtige stofwolken opstijgen, die zich, in de richting van waar het geschut der Zuider divisie zich hooren liet, voortbewogenhet was de middelerwijl van Osterhole gekomen cavaleriebrigade der Noorder-divisie, die zich op de artillerie der Zuidelijken wierp, om haar eigen artillerie lucht te ver schaffen. Zij stuitte echter op het, achter den linkervleugel der tirailleurs, gesloten voorwaarts rukkende grenadier-regiment Olga, dat het naderende gevaar nog tijdig bemerkte en de ruiterij met een Dl. I, 1894. 10

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 154