147 3. Elke compagnie en elke batterij nemen een geel gekleurde seinschijf met een zwart kruis mede, ter aanduiding van de troepen die in het vuurgevecht het onderspit delven. 4. Iedere bij de manoeuvre eventueel verschijnende roode, witte of gele vlag, beteekent 1 compagnie, eskadron of batterij. 5. V^oor de nauwkeurige opvolging der voorschriften, betreffendesi gnalen, voorzichiigheidsmaatregelen tegen ongelukken en beschadiging van veldvruchten, worden de officieren persoonlijk verantwoordelijk gesteld. Het verbod om binnen 100 M. op de tegenpartij te vuren, wordt ook toegepast, wanneer zich staven, enkele officieren of toeschouwers, binnen dien afstand voor het front bevinden. B. bijzondere. 1. De tot de 27e divisie behoorende troepen dragen de groenach tige (sehilffarbene) helmovertreksels. 24. Over de uit te geven orders (van geen belang). 5. Na afloop van de manoeuvre signaal „het geheel verzamelen" inarcheeren de troepen langs den kortsten weg naar hunne kwartieren, garnizoenen, dan wel de voor het vervoer aangewezen spoorwegstations of haltes. De bereden wapens laten, zoo noodig, de troepen te voet passeeren. Vau deze laatste hebben de nog op den 16en September te vervoeren troepen den voorrang. Gendarmerie-patrouilles. 1. Elk cavalerieregiment geeft den 16en September 2 gendarmerie patrouilles, ter sterkte van 1 onderofficier en 2 korporaals, zonder lansen. Bovendien worden 6 landjagers ter beschikking gesteld van het Generaal-commando. 2. Hunne consignes ontvangen zij van den chef van den genera- len staf. 8. Na afloop van de manoeuvre keeren zij onmiddellijk naar hunne korpsen terug. Verplegingbagage, voorspannen. 1. De manschappen worden, voorzooverre zij geen aanspraak heb ben op marschverpleging, met „vereenigde kwartier-verpleging" inge kwartierd. De zaakbetrekkelijke overeenkomsten der hoofdintendance met de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 156