6
De hoofden oefenen in zooverre invloed op de bevolking uit, dat
deze verplicht is bij feestelijke en andere belangrijke gelegenheden
mede te werken tot den goeden gang van zaken.
Als het hoofd eener kampong komt te overlijden, volgt zijn oudste
zoon hem opdoch geene mannelijke nakomelingen achterlatende,
wordt de dochter als het hoofd der kampong aangemerkt, die ge
huwd zijnde haar rechten op haren man doet overgaan. Ook gebeurt
het wel eens, dat de vrouw van den overledene als hoofd eener
kampong optreedt.
Straffen.
De misdrijven en vergrijpen tegen de maatschappelijke orde (ten
minste als men de kampong met hare inwoners als eene kleine
maatschappij wil beschouwen) worden onder elkander uitgemaakt-
Zoo worden kleine diefstallen met boete gestraft, of men wordt
gedwongen tot de teruggave van het gestolene, dan wel afstand
van daarmede overeenkomende artikelen. Indien iemand ontkent
een diefstal gepleegd te hebben of weigert het gestolene terug te
geven, beslissen eenige oudsten der kampong de zaak. Bij groote
diefstallen en wanneer de dief de opgelegde boete niet kan betalen,
komt hij in lijfeigenschap bij den bestolene.
Moord wordt gestraft met boete.
Ongeoorloofde betrekking met een andermans vrouw is streng ver-
bodeu, hierop staat ook boete. Wanneer een man op overspel wordt
betrapt met een andere vrouw, wordt hem eene boete opgelegd, over
eenkomende met de door haren man betaalde harta bij het aangaan
van het huwelijk. Hij kan dan bezitter der overspelige vrouw worden.
De opgelegde boeten worden in goud betaald, of anders is men
verplicht karbouwen hiervoor in de plaats te stellen.
Zeden en gewoonten.
Huwelijk.
De mannen mogen in het huwelijk treden, zoodra zij den bruidschat
kunnen betalen en den gevorderden leeftijd bereikt hebben.
Naar gelang van het meerdere of mindere aanzien en het vermogen
van den man, wordt een grootere of kleinere bruidschat of harta betaald.
De harta wordt door de ouders van het meisje bepaald en loopt
over de volgende zaken: