220
„La premiere sera, en effet, rendue difficile par le soin que vous pren-
drez de vous tenir toujours a longue portee, et par le peu de fer que
vous donnerezmais pour ce qui est de la contre-riposte, c'est bien diffé
rent: done, la contre-riposte, voila l'ennemieSans compter que c'est
un „coup d'art," en escrime, et qu'un tireur mettra toujours une certaine
coquetterie a vous toucher par un joli coup."
„Votre adversaire vous amusera par des demi-attaques, pour vous faire
parer et riposterpuis, tac tac.rapide comme la foudre, la contre-
riposte viendra se loger dans votre chair."
Het volgen der schijnstooten.
Tegenover de schijnstooten moet men het geweer van de tegen
partij volgen, niet volledig afweren. Dit sehrjjft ook het Holland-
sche voorschrift van 1890 voor.
Wanneer de tegenpartij behoorlijke schijnstooten maakt, is het
bijna onmogelijk kalm den werkelijken stoot af te wachten, zooals
„Nastoot" aanraadt en kan men het al, dan zal men plotseling op
het juiste oogenblik zijn wapen in beweging moeten brengen voor
de afwering. Het plotselinge heeft ten gevolge, dat de parade meest
al te wijd zal zijn, terwijl de beoordeeling van het juiste oogenblik
uiterst lastig is, zoodat men bij eene vergissing (een schijnstoot aan
ziende voor een werkelijken stoot) zich veel meer blootgeeft, dan
wanneer men het wapen der tegenpartij gevolgd had.
Toen in Holland de leidraad van 1884 nog gevolgd werd, leerden we
op de Koninklijke Militaire Academie de schijnstooten niet afweren. Hoe
wel op blz. 44 lessen voorkwamen, waarbij de schijnsteken met den degen
afgeweerd moesten worden, en het dus hoogst waarschijnlijk was;
dat aldus ook de lesen op 't geweer moesten onderwezen worden,
deed men dit toch niet, hiertoe zeker geleid door de volgende alinea:
„Voor den eene is het derhalve zaak, als hij, door de tegenpartij gade
te slaan, ontdekt heeft, dat deze te vroeg afweert, zijn schijnaanval zooveel
mogelijk overeenkomstig de eerste beweging van een werkelijken stoot
(houw)
(steek) ma^en) V001' ^en andere zijn vergissing snel gewaar te wor
den en door de juiste afwering nog bijtijds te verbeteren."
Daar de leidraad hier dus niet duidelijk was, werden er vooral
bij examens voor meester veelvuldige discussiën gehouden over de