243 Toelichting bij de begrooting van 1893 werd aangegeven, zullen het zijn het halve 4e, het 6e en het 16e bataljon, die in de Preanger gelegerd worden. Het halve 4e bataljon is thans in garnizoen te Kedong Kebowaar het vervangen wordt door het halve le, dat nu nog garnizoen houdt te Banjoe Biroe. Door de uitbreiding van de formatie der bataljons komt te Banjoe Biroe logies te kort, en zou er bijgebouwd moeten worden. Evenzeer en om dezelfde reden is er niet voldoende ruimte in het kampement voor het 8e bataljon te Willem 1gelegen in de onmiddellijke nabijheid van Banjoe Biroe. Om nu kostbare en ondoelmatige partieele bijbouwingen op beide plaatsen te vermijden, wordt het 8e bataljon zoodanig over beide genoemde garnizoenen verdeeld, dat van het beschikbare logies op de beste v\ ijze gebruik wordt gemaakt. Daardoor komt te kort logies voor een half bataljon. Het 6e bataljon houdt te Magelang garnizoen. Ter zelfder plaats zijn ook gelegen het 2e en 7e bataljon. Van die drie bataljons bedroeg de sterkte volgens de oude formatie: 606 -f- 606 -}- 592 1 804, terwijl zij volgens de nieuwe organisatie wordt gebracht op 760 j— 781 -j- 781 2322. Het verschil bedraagt 518 man. Voor dit aantal zou men in de drie te Magelang aanwezige kampementen moeten bijbouwen. In yerband met de inlichting dier troepen verblijven en de indeeling der bataljons zou dat neerkomen op het zooveel noodig vergrooten in ieder kampement van iedere kazerne en het bijbouwen van onder officierskamers. Volgens raming zouden de kosten van deze bij bouwing in den (permanenten) bouwtrant der bestaande gebouwen f 233.000 bedragen, terwijl de bouw van een semi-permanent kam pement voor een geheel bataljon van de nieuwe formatie ook eene uitgave van 233 000 zou vorderen. Daarom werd in verband met de reorganisatie besloten het 2e en 7e bataljon over de drie bestaande kampementen te verdoelen en daaraan geene bijbouwingen te verrichten. Hierdoor komt te kort logies voor één bataljon. Het 16e bataljon houdt thans garnizoen te Padang Pandjang waar echter volgens de normale indeeling het 15e bataljon gelegerd moest zijn. Van dit laatste zijn evenwel twee compagnieën te Atjeh en twee compagnieën te Fort de Koek. Als gevolg van de verster=

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 256