288
het gebruik van de artillerie door den commandant van het geheel
omschrijven, het Russische veel nauwkeuriger het „gebruik" van dit
wapen in het algemeen doet uitkomen en volledig de verhouding
tusschen artillerie- en infanteriecommandanten bepaalt.
Wat behooren wij nu van deze gevechtsvoorschriften voor het
Indische voorschrift over te nemen?
Allereerst wel de omschrijving van de „taak" der artillerie, daar
alleen een helder begrip dienaangaande den infanterieofficier de ge
schiktheid kan geven om dat wapen als onderdeel van zijn troep te ge
bruiken, in stede van het te misbruiken of ongebruikt te laten, zooals
zoo dikwijls geschiedt.
Het Fransche voorbeeld is echter nog onvolledig.
Yroeger vond ik in een militair tijdschrift de volgende omschrijving
van de taak der artillerie, die mij in alle opzichten juist voorkomt.
Die taak werd daar namelijk als volgt opgegeven
le. het bevechten der vijandelijke artillerie tot inleiding van het
gevecht der voorhoede en der hoofdmacht, en tot dekking van den
opmarsch der infanterie,
2e. het vormen van de steunpunten der geyechtslinie,
3e. het beschermen der flanken,
4e. het breken van het weerstandsvermogen of de aanvalskracht
des vijands,
5e. het voor de infanterie vergemakkelijken van de vermeestering
of de verdediging van terreindeelen en terreinafscheidingen,
6e. het voorbereiden van de doorbraak der vijandelijke stelling en
het medewerken bij den stormaanval,
7e. het, onder gunstige omstandigheden, geheel alleen bewerken
van de doorbraak,
8e. het vasthouden van veroverde terrein gedeelten,
9e. het vervolgen van den terugtrekkenden vijand door vuur,
10e. het medewerken aan het afslaan van den stormaanval,
lle. het dekken, uit opnamestellingen, van den terugtocht van de
voorste troepen, het gros en de achterhoede.
Om die taak naar behooren te kunnen vervullen, moeten de
artilleriecommandanten in staat gesteld worden om elk voor hun
onderdeel aan zekere eischen te kunnen voldoen.