21
alle officieren, behalve de luitenants, in de nieuwe bepalingen zijn
overgenomen, zonder dat men zich rekenschap heeft gegeven van de
oneigenaardige en geheel afwijkeude verhoudingen, waarin zij tot de
pensioenen staan. Dit is wel te betreuren, want zoo ooit was nu
de gelegenheid schoon geweest, om een gezonde en rationeele schaal
van verlofsinkomsten in het leven te roepen.
De eerste alinea van artikel 6 bevat eene bepaling, die zeker niet
onopgemerkt zal blijven en waarvan, nu de tijdduur van het buiten-
landsch verlof zoo aanmerkelijk is verkort, door menigeen op ge
paste wijze zal worden gebruik gemaakt.
Bedoelde alinea luidt als volgt
„Tenzij in het verlofbesluit de datum is vermeld, gaan de verloven
„in met den eersten der maand, volgende op die, waarover krachtens
„de betrekkelijke militaire tarieven het laatste activiteitstraktement
„of non-activiteitstraktemeut is genoten'1.
Men heeft dus in verband met deze bepaling slechts te zorgen,
dat men op de eerste boot in de maand passage krijgt. Vertrekt
dit schip bijv. den 4en April, dan krijgt men over die maand nog
activiteitstraktement, het verlof wordt in dat geval gerekend op den
len Mei in te gaan en men behoeft in verband daarmede eerst ultimo
April van het volgende jaar, dus na bijna dertien maanden in Indië
terug te zijn. Op twaalf maanden bijna een maand winst, ziedaar
een faveurtje, waarvoor waarschijnlijk geen enkele veilofganger onge
voelig zal zijn.
Artikel 7 deelt mede, dat de verloven naar Europa onder genot
van verlofstraktement door den Minister van Koloniën wegens ziekte
tot drie jaren en dan nog althans als 's lands belangen het, ge-
doogen gedurende eenigen tijd buiten bezwaar van den lande kun
nen worden verlengd, terwijl artikel 8 aanwijst op welke voorwaar
den dergelijke verlengingen worden toegestaan.
Hierbij valt op te merken, dat de laatste alinea van genoemd artikel,
luidende als volgt:
„Ten aanzien van verlofgangers, die zich tot herstel hunner ge
wondheid buiten Nederland ophouden en verlofsverlenging wegens
„ziekte vragen, kan de Minister van Koloniën genoegen nemen met