BE CAVALERIE VOOR KOTA-TOEANKOE (1) OP
DEN 26sten JULI 1889.
Hebben wij in de l8te aflevering van dezen jaargang de verrich
tingen nagegaan van de cavalerie in het Edische gedurende de jaren
1889 en 1890, zoo volgen wij thans in zijne oorlogshandelingen het
peloton cavalerie, dat aan de beide tochten naar Kota-Toeankoe op
den 26sten Juli 1889 heeft deelgenomen.
De aanleiding tot beide tochten op eenzelfden dag gelooven wij
van voldoende bekendheid, zoodat wij haar met stilzwijgen voorbijgaan, te
meer daar wij hierdoor ons hoofddoelhet bespreken van de handelingen
der cavalerie in verband met de andere wapens zouden voorbijstreven.
Bovendien willen wij ons, behoudens enkele uitzonderingen, als
zijnde deze onmiddellijk verbonden aan eenige verrichting van de
cavalerie, geenszins mengen in de handelingen der andere wapens,
welke op bedoelden datum buiten de linie zijn opgetreden.
In den namiddag van den 259ten Juli kreeg de commandant van
de te Kota-Radja aanwezige cavalerie van den civielen en militairen
gouverneur den last, om voor den volgenden dag een peloton cavalerie,
onder commando van een officier, ter beschikking te stellen van den
commandant van het 14de Bataljon Infanterie, die in opdracht had
om met zijn bataljon de bekende beweging van de colonne Yeerman
te steunen.
De commandant van het aangewezen peloton kreeg tegen 6 uur n.m. van
den eskadronscommandant de opdracht, zich naar de woning van den
(1) Ofschoon dc versterking, waartegen op den 26sten Juli geageerd is, later ge
bleken is, niet Kota-Toeankoe, maar Kota-Hagoe te zijn, zoo willen wij haar toch in
dit opstel den naam „Kota-Toeankoe" laten behouden, daar men nu nog de uitdruk
king, de tocht naar „Kota-Toeankoe" hoort, als men over de excursie spreekt.