326 Vitali nagenoeg even groot als dat van 160 patronen met bijbe- hoorende houders, van het in Nederland in beproeving zijnde geweer van 6.5 mM. en zoude men bij geweren van 6 tot 3 mM., met verschillen van 0.5 mM. afdalende, het aantal der door den man te dragen patronen respectievelijk tot 210, 235, 270, 315, 480 en 575 kunnen opvoeren, zonder het tegenwoordig gewicht der per man meegedragen munitie, n.l. 4.25 KG. te overschrijden. Zooals bekend toch, pleit de ballisticus reeds voor een kaliberwijdte van slechts 3 mM. en neemt men voor het oogenblik te Scheveningen reeds proeven met een geweer van 5 mM., dat een trefzekerheid, bestreken baan en een indringingsvermogen heeft, welke verbazingwekkend zijn. Wij zijn met ons overzicht thans genaderd tot het gedeelte van het boek, dat de gevechtsformatie van de onderscheidene tactische troependeelen bij de infanterie behandelt. Bijzonder trok daarin onze aandacht, dat van de Europeesche le gers slechts twee, het Pransche en Zwitsersche, vorderen, dat de bewegingen tijdens een vuurgevecht, niet gelijktijdig, doch bij afwis seling door tirailleurlinie en soutiens geschieden moeten en dat men een zoodanige wijze van handelen bij het Nederlandsche leger slechts aanbevolen heeft, instede van het impévatief te maken. Een vijand toch, die voornamelijk zijn vuur zal afgeven op de tirailleur- en soutienlinie, als deze een sprong van eenige meters naar voren doet, zal om licht te begrijpen reden veel liever zien, dat beide liniën te gelijk haren sprong maken, dan dat zulks per linie bij afwisseling zoude geschieden. Wij hebben dan ook om die reden nimmer ons voorschrift toe gejuicht, vervat in de bepaling, dat tirailleurs en soutiens te gelijk terrein naar voren moeten winnen. Een hoogst belangrijk hoofdstuk in het boek draagt tot titel: „het vuur der infanterie," in welk hoofdstuk vergelijkenderwijs be handeld worden de spreiding, de bestrekenheid der baan, het indrin gingsvermogen, de vuursnelheid, de gemiddelde richtfout en de ge vechtsspreiding van de geweren van 11, 8 en 6.5 mM. Zoo wordt o.a. medegedeeld van de hoogtespreiding, dat deze op 500 M. was bij het geweer van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 339