KORT GESCHIEDKUNDIG OVERZICHT DER DRAAGBARE
VUURWAPENS EN DE TEGENWOORDIGE
BEWAPENING VAN EUROPA.
Vervolg van bis. 175).
Turkije.
Deze mogendheid heeft hare Infanterie bewapend met een geweer
gelijk aan het Duitsche Rijksgeweer Mod./84, doch met een kaliber
van 9.5 mM. Dit geweer Mod./87 is van de gebroeders Mauser,
wapenfabrikanten te Oberndorf. Het heeft een grendelsluiting en het
magazijn onder en langs den loop. Men kan dit geweer ook als
enkellader gebruiken door het magazijn af te sluiten. Na aflevering
van 200000 exemplaren is men er toe overgegaan, de nog te leveren
300000 stuks tot een kaliber 7.65 mM. terug te brengen.
België.
Bij koninklijk besluit van 23 October 1889 is als resultaat der
vergelijkende proeven met Nagant-, Mannlicher- en Mausergeweren
vastgesteld, dat de Infanterie en de Garde Civique voorzien zuilen
worden van een geweer Mod./89 systeem Mauser.
De loop is voorzien van een stalen mantel, waarop korrel en vizier
zijn aangebracht. De sluiting en het magazijn zijn gelijk aan die
van het Duitsche geweer Mod./88. Het magazijn, in den bak aauge-
bracht, kan 5 patronen bevatten, die één voor één of door middel
van een houder tegelijkertijd kunnen worden ingebracht.
De patroonhouder bestaat uit een metalen plaatje ter breedte van
den bodem der patroon, de kanten zijn tweemaal rechthoekig omge
bogen, zoodat deze omgezette kanten in de insnijding van den bodem
pakkeneen platte veer belet het uitvallen. De houder wordt boven
de magazijnsopening geplaatst, door op de patronen te drukken worden