31
Het terrein leende zich zeer goed voor de verkenning, het peloton
cavalerie, behoorende bij het 6e Bataljon had met gunstig resultaat kun
nen verkennen in het heuvelterrein ten N. van de lijn Edi-Goerip en zou
zeer zeker de aanwezigheid bericht hebben van de versterkingen op
de Bt. Roembia, Bc. Aroen, Bt. Nja Ma Oen en van de loopgraven
(zie blz. 317) die men nu eerst op 30 M. afstand ontwaarde.
Ook zou de versterking bij d., die door het 6e Bataljon onop
gemerkt was voorbijgegaan, zich verraden hebben.
Nadat de cavalerie (zie blz. 315 onderaan) door bericht N°. 6
eindelijk op den linkeroever mocht overgaan, kreeg zij ten 7 u. 58m.
de order om op te rukken naar de Bt. Roembia, die echter al ge
nomen was.
Eindelijk zien wij blz. 323 de cavalerie in actie, d. i. iets
later dan 8u. 37m en lezen wij daar:
„De cavalerie kreeg nu last om het heuvelterrein in W. richting te
verkennen."
Waarom dit eerst nu geschiedde, is ons onbegrijpelijk en evengoed
als zij nu in staat geacht werd de verkenning te verrichten, had zij
het zeer zeker des morgens om 6u. 7m. met gunstiger resultaten
moeten en kunnen doen.
Bericht N°. 12. zie blz. 323 houdt o. m. voor het 14e Bataljon in
„In uwe rechterflank zijn nog bentings en loopgraven".
Gedurende den tijd, dat het 14° Bataljon dus in stelling gelegen
had, was er niets kunnen verricht worden om het terrein ten N. en
N. O. van die stelling te verkennen.
Hiertoe had het peloton, dat bij dat bataljon behoorde, aanwezig
moeten zijn.
Spoedig komt dan ook het bericht, dat voor het 14e Bataljon de
taak, om op zijn rechterflank het uitgebreide terrein te doorzoeken,
te zwaar is.
En wat is het gevolg van dit bericht?
het voor- en zijwaarts van de marschrichting gelegen terrein en met de verkenning
van de kampongs, ontving de commandant der cavalerie het verzoek, om eenige cava
leristen te willen afstaan tot het wegbrengen naar Pakan Kroeng Tjoet van gewonden.
De commandant der cavalerie wees er echter op, dat hij door de zware taak der
cavalerie voor dezen dienst geene ruiters kon missen en daarom verzocht de gewon
den door eene infanreriepatrouille te doen begeleiden.