402 van de troepen der gevechtslinie onder sommige omstandigheden wel aan hunne commandanten toekent. Zonder dat verbod toch kan de algemeene bevelhebber zich geen oogenblik gerust van de algemeene reserve verwijderen, terwijl een onderbevelhebber, die het beslist noodzakelijk acht, dat hij met die reserve op eigen verantwoordelijkheid moet ingrijpen, dan ook maar kiezen moet tusschen de verantwoordelijkheid tegenover de wereld bij het overtreden en de verantwoordelijkheid tegenover zich zelf bij het luisteren naar dat verbod. J. J. B. Fanoij. (Slot volgt.)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 415