410
hiervoren in de voering is ontstaan, met gewone houtlijm 10 kurkjes
geplakt, waar vervolgens het kurken randje van den zweetband tegen
aan wordt gelegd, om dezen op maat af te snijden en daarna met de
beide einden aan elkaar te naaien, zoodanig dat de naad om drukking
op het hoofd te voorkomen aan den achterkant valt.
Door den hoed, de kurkjes en het kurken randje van den zweet-
band, worden nu koperen papierheehters gestoken, waarvan de beide
beenen aan de binnenzijde van den helm worden omgebogen, zoodat
de zweetband met den helm en de kurkjes aan elkaar verbonden zijn.
De papierheehters worden nog met zwart ijzergaren aan den hoed
vastgenaaid en onderling verbonden, om eene alleszins solide vasthech"
ting te waarborgen, waarna de zweetband naar binnen wordt omge
slagen om zijn gewonen stand in te nemen.
De zweetband was te voren verkregen door aan een der lange
zijden van een op de gewilde breedte gesneden stuk schapenleer, een
reepje kurk ter breedte van ongeveer 11 2 centimeter, dat vóóraf
met zwart katoen was overtrokken, vast te naaien.
Ter plaatse waar de papierheehters zichtbaar zijn, wordt thans om
den hoed een sergen band gelegd, die langs de beide lange zijden
van een vastgestikten zoom is voorzien. Deze band wordt op maat
afgesneden en de beide uiteinden vervolgens met zwart zijden garen
aan elkaar vastgenaaid.
Eindelijk wordt de zinken sluit.dop van den ventilator, die te
voren van een sergen overtrek is voorzien, opgeschroefd, de hoed
nog wat afgeborsteld en het boordsel op de sneden, waar noodig, wat
zwart gemaakt, waarmede de helmhoed gereed is.
Batavia, Februari 1894. A. W. van dep. Meer.
Kapitein-Intendant.