34 „Nadat de colonne ten 5 u. 57 ra. de Edi-rivier overgetrokken was, „werd met inachtneming van de voreischte veiligheidsmaatregelen verder voortgerukt. Ten gevolge van het doorzoeken van het zijwaarts gelegen „terrein, kon de marsch slechts zeer langzaam, vorderen." (1) En hare cavalerie, die om dit te voorkomen, voorop had moeten marcheeren, marcheerde achteraan. Door de afwezigheid van cavalerie kreeg men dan ook weder vuur uit de nog geheel aan het oog onttrokken versterking „Kota Nawas" (blz. 333, 4e alinea) en dacht men een oogenblik (5° alinea van dezelfde blz.) zelfs aan een klewangaanval. (1) En op blz. 334, 4e alinea vinden wij o. m. „dat de colonne ten 8 u. 30 nr. van. vrij hevig beschoten werd uit eene versterking West waarts naast den weg gelegen enz. Op hetzelfde oogenblik meldde zich de commandant der cavalerie met zijn detachement bij den colonne commandant, het volgende bericht van den Bevelhebber overbrengende: „Hierbij de cavalerie ter uwer beschikking tot Edi Tjoet. Zend zo „van daar naar de colonne de la Parra terug." Hierdoor werd wel is waar de fout hersteld, maar van af 5 u. 40 m. v. m. tot 8 ure 30 m. v.m. was de cavalerie wederom werkeloos gebleven. Nu zien wij de ruiterij ter verkenning vooruitgaan en volgt in de 2e alinea (zie blz. 335) een lofspraak op haar optreden. De inhoud der bladzijden 335 en 336 bewijst overtuigend, dat daar waar de cavalerie werd losgelaten, zij zich flink van haar taak kweet, De tocht van de colonne Halewijn gaan wij voorbij, omdat zij zonder toevoeging van cavalerie heeft plaats gehad. De verdrijving van den vijand uit zijne positiën ten Zuiden van onze versterking Edi en de verdere gebeur tenissen tot den 30f Juni 1890. De ondervonden nadeelen, teweeggebracht door een te laat gebruik maken van de cavalerie gedurende de vorige dagen, heeft blijkbaar ten gevolge gehad, dat wij bij dit optreden tegen den vijand een goed gebruik van de cavalerie zien maken. ^1) De cursiveering is van ons.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 43