483
De regels, die het gevechtsvoorschrift voor een en ander geven
kan, zijn wel uit de verschillende gevechtsvoorschriften te halen en
ordelijk te rangschikken. Ze moeten in korte bewoordingen worden
vervat en gegeven worden voor personen, die al deze zaken wel reeds
weten, doch die ze voor eigen oefening en voor de oefening van
hunne onderhebbenden aanhoudend moeten repeteeren en onafgebroken
in het oog houden.
Het gevechtsvoorschrift krijgt dan langzamerhand het karakter
van eene beknopte handleiding voor gevechtstactiek en gevechtsleiding,
welk karakter het noodzakelijk aannemen moet, wil het gelijken tred
houden met de ontwikkeling van het officierskorps.
Hier te gaan vermelden wat het gevechtsvoorschrift naar mijne mee
ning in dezen geven moet, zoude weer veel te ver voeren, het komt boven
dien onnoodig voor, daar elkeen met behulp van een paar goede tactische
leerboeken en zijne eigen tactische kennis deze leemte kan aanvullen.
De regels voor de versterking van het terrein zijn ook weer tweeledig,
eerstens de positief tactische die in andere voorschriften ook wel
de regels voor het gebruik van de infanterieschop genoemd worden
en hoofdzakelijk voor de troepen der gevechtslinie gelden, en twee
dons de niet positief tactische regels die meer bestemd zijn voor
den bevelhebber van het geheel.
Bij die eerste dan geen vermelden hoe b.v. een tirailleurloopgraaf
wordt gemaakt, dat komt in de pionierschool en behoort door elk
onderofficier te worden gekend, maar daarin wijzen op de noodzake
lijk kleinste en grootste afmetingen, op het noodzakelijke van zoo
steil mogelijke binnentaluds en zoo gering mogelijke verheffing boven
den grond, op minimum dikten tegen modern infanterie- en veldar-
tillerievuur, op het benutten van terreinplooien, op het maskeeren,
op het werken van het kleine in het groote, op het opnemen van
afstanden, vooral ook op den raad van het Oostenrijksche voorschrift
om de manschappen niet zóó lang aan dekkingen te laten werken
tot zij te vermoeid worden voor het eigenlijke gevecht, enz.
Bij de niet positieve regels treedt het gebruik van den troep naar
gelang van den vorm van het terrein meer op den voorgrond, en in
verband daarmede de verdeeling van de stelling in strooken en de
sterkte van de afdeelingen, die ze zullen bezetten.