485 De bepalingen voor de aanvulling van munitie der verschillende voorschriften komen vrij wel met elkander overeen; de Duitsche zijn bovendien in zeer besliste bewoordingen vervat. In die bepa lingen 313 tot 327 van den velddienst) heet het, dat gebrek aan munitie de infanterie van haar grootste gevechtskracht berooft en de artillerie tijdelijk waardeloos maakt. Daarom is de zorg voor mu nitieaanvulling aan elk aanvoerder opgedragen en mag geen middel onbeproefd blijven om de in gevecht zijnde troepen van munitie te voorzien. Als een groot gevecht te wachten staat moeten de hoogere bevelhebbers de munitiecolonnes tot op het gevechtsveld doen voor uitrukken en zorgen dat de vechtende troepen met de standplaatsen der munitiecolonnes bekend zijn. De voorste voertuigen der muni- tieeoïonnes vormen de eerste reserve; zijn deze nog niet aangekomen dan moet de bevelhebber zich eene reserve scheppen uit de munitie wagens der nog niet in gevecht gebrachte troepen. De munitie bij den man wordt gedurende het gevecht uit de munitiewagens van de compagnie of van het bataljon aangevuld; deze moeten daartoe tot minstens 800 M. van de vuurlinie naderen. Ze moeten munitie afgeven aan wie er om vraagt; de munitie wordt door manschappen van de reservecompagnieën naar de voorste linie gebracht. Elke afdeeling, die ter versterking oprukt, neemt munitie voor de in gevecht zijnden mede; aan dooden en gewonden wordt de munitie ontnomen. Aanvulling heeft plaats bij elke gelegenheid en zonder bevel. Het is niet de zaak om het voorgeschreven aantal patronen aan te vullen, maar om munitie uit te deelen waar die noodig ishet meerdere wordt dan maar in de brood- of de broekzakken geborgen. Kunnen de patroonwagens de manschappen niet volgen, dan is het geraden om hun inhoud vóór het gevecht te verdeelen. De B. O. zorgen voor de tijdige vervanging van ledige patroon wagens als de hoogere aanvoerders daarvoor niet reeds gezorgd hebben. Ka afloop van het gevecht wordt de gewone munitievoorraad bij den man aangevuld. De voorschriften voor de aanvulling van artilleriemunitie zijn Dl. I, 1894 32

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 500