511 reglementen van Oostenrijksche, Spaansche en vele andere Europeesche bergartillerieën, althans beschrijving harer harnachementen waarop zoo enorm veel aankomt. Ik heb dan ook bij gemis aan zooveel noodige gegevens tot vergelijking geenszins de pretentie een grondig en volledig beeld te leveren van hetgeen de muildieren bij en voor de bergartillerie kunnen en moeten zijn. Het is slechts mijn doel eenige beschouwingen ten beste te geven over het muildier dat wij gebruiken, welke meestal gebaseerd zijn op eigen waarneming te Salatiga, te Babakan, te Soerabaja en nu laatstelijk te Atjeh.. Ik stel mij voor achtereenvolgens te bespreken: lichaamsbouw, behandeling, voeding, gebruik. Het onderwerp is netelig, echter meer voor een artillerist dan voor een paardenarts die uit den aard der zaak een onzijdige positie inneemt. Artilleristen, en in de eerste plaats zij die bij bergbatterijen waren of zijn, weten wel waarin die neteligheid bestaat en ik ver moed dat de meeste batterijcommandanten heel wat liever een veld- dan een bergbatterij zullen commandeeren. Ongelukkig kunnen de muildieren niet gemist worden en juist in het land der werkelijkheid, waar de artillerie zoo tot haar recht komt, blijkt het groote nut van de mogelijkheid om geschut door sawahs en moeras te vervoeren overtuigend, al biedt de uitvoering nog groote leemten aan, die trouwens voor een deel onmogelijk zijn te verhelpen. Volgens verklaring van artillerie-officieren die er mede werken (ik spreek nu van Atjeh en dus van sawah en rawah) is het muildier eigenlijk alleen nuttig en onmisbaar wijl het meer kan dragen dan het paard; overigens zou het in ongeveer alle opzichten bij dit laatste achterstaan. Ik behoud mij voor, bij de bespreking van het gebruik voornamelijk, nog op die zienswijze terug te komen. Lichaamsbouw. Zooals velen bekend zal zijn, werden aanvankelijk muildieren van een andere herkomst beproefd dan die welke wij nu bezigen. Eerst eenige weinige Zuid-Amerikaansche, daarna Syrische, terwijl wij nu reeds sinds vrij geruimen tijd uitsluitend Chineesche hebben. Het Chineesche muildier heeft niets minder dan een drogen, straffen weefselbouw. Het is een groote uitzondering wanneer men er een ziet

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 528