535 contract met de N. I. Levensverzekering- en Lijfrente-Maatschappij te sluiten. Dit voorloopig contract wordt bij de aanbieding van de beide eerste voorstellen aan alle leden overgelegd. Het moet dus bepaald zoodanig zijn opgemaakt, dat het bij de definitieve sluiting, nadat het le voorstel is aangenomen, geen wijziging meer behoeft te ondergaan. Het is uit het voorgaande duidelijk, dat de leden, die bij de aanstaande vergadering aanwezig zullen zijn, zich over het besluit, om de beide eerste voorstellen allen leden aan te bieden, niet het hoofd behoeven te breken, want zij kunnen later nog, wan neer zij het voorloopig contract onder de oogen krijgen, ten volle over de zaak oordeelen en bovendien is toch ook nog de stemming van alle leden in het verschiet. Yalt deze stemming gunstig uit, dan wijst de verdere loop van de zaak zich van zelf aan. In het tegengestelde geval treedt de reeds aangenomen regeling in werking Mocht ik mij in het bovenstaande eene enkele maal vergist of aan onvolledigheid schuldig gemaakt hebben, zoo bied ik den lezer daarvoor mijne verontschuldiging aan en verzoek hem te willen bedenken, dat ik ook thans weder weinig tijd had en hier niet over voldoende gegevens kon beschikken. Ten slotte een woord tot Wilhelmus naar aanleiding van zijn artikeltje in het tweede blad van het Bataviaasch Nieuwsblad van 10 Mei jl. Ik ga daartoe over, omdat de schrijver een denkbeeld over de inrichting onzer vereeniging openbaart en al, wat daaromtrent geschreven wordt, thans van genoeg belang is, om besproken te worden. Yooraf echter een enkel woord over den door den schrijver ge- bezigden vorm. Het is niet beleefd, om in een pennenstrijd hem, wiens meeningen men niet deelt, met scherpe woorden aan te vallen, zonder tevens bet bewijs te leveren van hetgeen men beweert, en als de zin dier woor den bovendien zoo onduidelijk is, dat de aangevallene zich niet be hoorlijk kan verweren. Het is ook niet ridderlijkmen laadt zoo den schijn op zich, alsof men niet zeker is van eigen meening en men tegenspraak vreest. Wat moet ik nu bijv. antwoorden op de

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 552