541
door eenen korporaal ol als zoodanig dienstdoenden fuselier, daartoe
op wettige wijze aangewezen
Overwegende dat op grond hiervan de fuselier Koppen toenmaals niet
de meerdere in rang was van den beklaagde, thans appellant, zoodat
de door hem gepleegde wettig bewezen feiten geen misdrijf of over
treding daarstellen, weshalve hij, met vernietiging van het vonnis,
waarvan appèl, alsnog van de tegen hem ingebrachte beschuldiging
moet worden vrijgesproken
Gelet enz.
Rechtdoende
In naam en van wege de Koningin
Ontvangt het appèl;
Vernietigt het vonnis, waarvan appèl;
Spreekt den in hoofde dezer genoemden beklaagde vrij van de
tegen hem ingebrachte beschuldiging
Gelast dat hij onmiddellijk uit zijn arrest zal worden ontslagen,
tenzij hij om andere redenen daarin behoort te blijven;
Verwijst den Lande in de kosten van het geding.
Naschrift.
Bij art. 80 O. W. is de subordinatie omschreven als het wezen
en de ziel van den militairen dienst
Dit drukt in algemeenen zin het beginsel uit, dat aan de militaire
samenleving ten grondslag ligt. Aan dit beginsel moeten derhalve
ook worden getoetst de verschillende daarmede strijdige, bij het C. W.
strafbaar gestelde handelingen, zooals o. a.
Oproer, opstand en muiterij (art. 8189).
Dienstweigering (art. 95 en 96).
Insubordinatie door woorden, gebaren en feiten (art. 99101).
Alle daadzaken, onder de omschrijving van evengenoemde mis
drijven vallende, zijn overtredingen van het beginsel neergelegd in
art. 80 C. W.; zij zijn vergrijpen tegen de subordinatie.
Van het begrip van subordinatie is onafscheidelijk dat van gehoor
zaamheid aan en eerbied voor den superieur; gehoorzaamheid en
eerbied vormen dus de voornaamste elementen van de militaire onder-