550
genie eeoig werk verricht, een commissie, veelal uit infanteristen
bestaande, moet komen zien of het goed gedaan is. Eens zelfs zag
ik infanterie benoemen, om kwaden droes te constateeren bij een
muildier der artillerie
Gaat eenig magazijn van de genie, artillerie of administratie over
van de eene hand in de andere, men treft al weder infanteristen
aan die dagen doorbrengen met het tellen van tegels, oer-oude bom
men en granaten of stellingen vol „gecoufectionneerde kleeding". Dit
alles verslindt tijd en dooft den lust voor eigen arbeid.
De oefeningen der infanterie zijn tegenwoordig zoo uitgebreid
nog onlangs is het aantal reglementen weder vermeerderd met een
op de gymnastiek dat met tijd moet worden gewoekerd en al het
overbodige dient te verdwijnen.
Ook onze Inwendige dienst is in sommige opzichten te omslach
tig. Nog een heelen dag van de week hebben wij noodig voor
inspectiën.
Dit is te veel en de zaterdag diende ingelijfd te worden als oefe
ningsdag. Inspectie over kleeding, wapening enz. kan in den namid
dag worden gehouden gedurende den loop der week, in den geest
van onze tegenwoordige propreteitsappèls. Brandweeroefeningen,
algemeen corvee, de visitatie bedoeld bij art 167 I. D. en dergelijke
diensten zijn eveneens zonder bezwaar te verplaatsen naar de namid
daguren.
Onze exercitiereglementen zijn vatbaar voor vereenvoudiging.
Zoo is bijv. de Bataljonsschool bijna een geheele afdeeling (I) te
rijk, terwijl een andere afdeeling (II) veilig zoude kunnen worden
besnoeid. Bepalen we ons in alles tot het noodige, dan blijft meer
tijd over voor de oefeningen in schieten, marcheeren, schermen en
gymnastiek. De compagnieën worden aanzienlijk sterker en de oefe
ningen uitgebreider.
Bij de officieren zullen meer lust en ijver gevonden worden voor
hun eigenlijke taak, naarmate ze daaraan minder onttrokken worden
door werkzaamheden aan die taak geheel vreemd.
Senda.