HET WESTELIJKE BEKKEN DER MIDDELLANDSCHE
ZEE.
De wisselingen in de Europeesche politiek der laatste jaren zijn
legio; men ziet nu eens deze Mogendheid, dan weder die den boven
toon voeren en het machtwoord uitgaan soms van Weenen, dan
weder van Parijs of Berlijn.
Doch wat de heerschappij ter zee betreft, is het tot nu toe steeds
aan Engeland gelukt haar onbetwist te voeren, dank zij zijne geïsoleerde
ligging, machtige vloot, uitgebreide en rijke koloniën, en het bezit
van sterk verschanste étapeplaatsen op den zeeweg daarheen.
Tot nu toe; want hoewel nog verre de meerdere, in alles wat
het zeewezen betreft, boven zijne naburen, zoo is het toch langza
merhand ook aan andere Mogendheden gelukt, naast Groot-Brittannië
een belangrijke plaats op koloniaal gebied in te nemen.
Het is niet de bedoeling een schets te geven van de mogelijk
heid en de gevolgen van eene botsing tusschen Rusland en Engeland
in het hart van Azië, zoomin van een strijd met de Yereenigde
Staten van Noord-Amerika om het bezit van Canada enz., doch om
aan te toonen, hoe het politiek overwicht in de Middellandsche Zee,
met name in het Wbstelijk bekken, zich in de laatste jaren zeer
in Engelands nadeel heeft gewijzigd.
In de „Allgemeine Militar Zeitung'' jaargang 1892, komt over dit
onderwerp een uitmuntend bewerkte studie voor, en daar het ook
voor ons van zooveel beteekenis is, welke mogendheid in de Mid
dellandsche Zee heerschappij voert, zoo hebben wij vermeend, den
lezers van dit Tijdschrift een dienst te doen met het geven van een
uittreksel van het voornaamste, wat in dat zeer uitgebreid artikel
voorkomt.
Sommige beschouwingen van den Duitschen schrijver en enkele
wenken aan andere Mogendheden, die, als zij opgevolgd werden, nu