RUSLAND EN ENGELAND BIJ EEN RUSSISCH EN
AANTAL OP BRITSCH-IND1E.
Vervolg van bh. 527 van het 2C deel van
den jaargang 1898.)
(Slot.)
De Nizam van Hyderabad, die 10 millioen onderdanen heeft, be
schikt. over een leger van ruim 50000 man en 140000 man politie-
troepen. Deze strijdkrachten bestaan uit, Arabieren, Sikhs, Rohel-
la's en Mohammedanen. Negen tienden der bevolking zjjn vredelie
vende Hindoe's, die den krijgsdienst verafschuwen en dan ook zeer
zelden bij het leger of de politie worden aangetroffen. Engeland
heeft in deze landstreek 2 liniebataljons, 10 bataljons Inlanders, 1
regiment huzaren, 5 regimenten Inlandsche cavalerie, 4 bataljons
royal artillerie en 4 Inlandsche batterijen. Deze troepenmacht, zou
hier geheel overbodig zijn, ware 't niet, dat zij diende tot bewaking
der slecht gedisciplineerde troepenmassa's van den Nizam. In Radsch-
putana en Centraal-Indië, die ruim 20 millioen inwoners tellen, heeft
Groot-Brittannië 7 liniebataljons, 22 bataljons Inlanders, 2 Britsche
regimenten cavalerie, fi Inlandsche ruiterregimenten en 13 batterijen.
Circa 2 Britsch-Indische armeekorpsen worden dan ook voldoende
gerekend tot bewaking der legerafdeelingen van Hyderabad, Radsch-
putana en Centraal-Indië.
Terecht houden vele Britsche militairen de aanwezigheid dezer
Inlandsche troepen voor een bepaald euvel. Als bondgenooten hebben
zij geen nut en hoewel als vijanden te verachten, vormen zij i,och
door hun groot aantal een bepaald gevaar in het binnenland van
Britsch-Indië.
Het gros dezer troepen bestaat uit een samenraapsel van allerlei
volk, voorzien van verouderde wapenen; hunne oefening is hoogst
gebrekkig en van discipline is volstrekt geen sprake. Men kent er