112 „althans voor een deel verantwoordelijk moeten worden gesteld voor „de maatregelen, overeenkomstig hunne adviezen genomen. En nu „is het een feit, dat de maatregel, welke het meest heeft bijgedragen „tot den tegenwoordigen minder gunstigen toestand van het fonds, is „uitgevaardigd met instemming, om niet te zeggen op aandrang van „het fonds en dat nog wel na uitdrukkelijke aanbeveling, dat de „contributiën zoodanig moesten worden geregeld, dat de zekerheid „besta, er geen tekorten ontstaan." Tot staving van het in de laatste zinsnede voorkomende, geeft de Heer Dr. de Roo een uittreksel uit eene geschiedenis van het fonds, voorkomende in het Indisch Militair Tijdschrift van 1879, IIe deel, en welke door David, den schrijver, is getrokken uit een door mij in het laatst van 1872 samengestelde geschiedenis van het Indisch Militair Weduwen- en Weezenfonds van en met zijne oprichting tot en met het einde van dat jaar, waarvan David het manuscript van mij ter inzage kreeg, en waarvan ten gebruike van professor van Geer in 1888 een afschrift werd gezonden aan het Opperbestuur. Nu wordt in genoemd uittreksel wel vermeld, wat in de door den Heer Dr. de Roo genoemde geschiedenis voorkomt, maar niet alles wat er in te lezen staat. De Heer Dr. de Roo verzuimt namelijk om mede te deelen, dat de directie, toen zij voorstelde om de contributie te verminderen, niet in overweging gaf, om die vermindering afhankelijk te stellen van de overwinst!!! (het saldo in kas) van een vorig jaar, maar daar entegen om de contributie voor actief dienende officieren te verminderen met 2°/0 en voor de gepensionneerde officieren met 3°/0; en dat het Ministerieele besluit, waarvan hier sprake is, niet genomen is naar aanleiding van het voorstel der directie, maar naar aanleiding der requesten van 42 gepensionneerde officieren in Nederland, en dat bovendien het voorstel van het bestuur, alvorens naar Nederland te worden doorgezonden, nog gewijzigd was door de Indische Regeering, in dier voege, dat de vermindering tot op 4 en 3°/0 niet zou plaats hebben, alvorens 's fonds reservekapitaal zou gestegen zijn tot f 1.700.000, zoomede dat, zoodra mocht blijken, dat onder de werking van hetgeen door de directie en Regeering was voorgesteld, de over winst geen f 100.000 per jaar bedroeg, onmiddellijk zou worden in

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 125