treft dadelijk de verbazend veel grootere vaardigheid van den Sandel- wood in klimmen, dalen en klauteren. En wat voor hellingen zijn het dan nog waarmede men in Nederland al spoedig zwarigheid ondervindt! En dan nog steeds zulke met weeken bodem waarin de hoef van het paard veel beter houvast heeft. Ongelukkig is men ter wille van het groote draagvermogen der muildieren dikwijls verplicht ze bij gemis aan beter te gebruiken op terreinen die voor hen geheel ongeschikt zijn, nl. zulke met weeken bodem die ik kortheidshalve, al is het niet altijd juist, als sawah betitel. De benutting als draagdier wordt nu helaas bij onze muildieren enorm belemmerd door de drukkingen. Ieder die eenigen tijd bij een bergbatterij is geweest, weet welk een omvang deze kwaal heeft, weet dat men niet noemenswaardig kan laten dragen zonder al zeer spoedig een belangrijk getal door drukkingen invalide dieren te krij gen Vooraf een en ander over den naam. Men heeft betwist dat het drukkingen waren; dit komt omdat in Nederland zoowel als in de koloniën velen aan het idee van drukking een zeer beperkte beteekenis hechten, er nl. slechts onder verstaan een pijnlijke, warme zwelling, een kneuzing dus, een beleediging waarbij de huid intact blijft gelijk wij die zien ontstaan op de ribben en aan de borst (niet de buik gelijk zoo dikwijls geheel onjuist, zelfs door paarden artsen wordt gezegd) door den singel of een stoot van het zadel. Waarom hecht men aan het denkbeeld drukking zulk een beperkte beteekenis in tegenstelling van de Duitschers die onder „Druckscha- den" en de Franschen welke onder „blessures de harnachement" zeer terecht verstaan alle kneuzingen, verwondingen, schavingen, huid ziekten, kortom alle ziektetoestanden door tuigdeelen teweeggebracht? Het antwoord is niet ver te zoeken. Men heeft daarom naar een andere benaming dan drukking gezocht voor de huidontstekingen met woekering van de papillen der lederhuid, gelijk die door het dragen bij de muildieren op de ribben onder de stegen van den draagbok ontstaan, wijl aan het denkbeeld van drukking algemeen (en daarom veel meer dan juist is) wordt verbonden de gedachte dat achteloosheid van den stukrijder, gemis aan toezicht van kader en officieren oorzaak zouden zijn van (deze) drukkingen. Dat is volkomen onjuist gelijk ik niet in gebreke zal blijven aan te toonen, maar hoe

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 18