181 Allen stemden in met de door mij voorgestelde regeling, zooals die aangegeven is in mijn artikel 4de aflevering van dit Tijdschrift. Ten einde geheel duidelijk te zijn in de administratie dezer gelden en niet te moeten vervallen in afzonderlijke boekjes, werden deze gelden in elke menagerekening als volgt, bij de ontvangsten ingenomen: Inleg vanman voor het ketelwasscheD a terwijl den laatsten van elke 5 dagen werd in uitgaaf gesteld voor het ketelwasschen f 4 5) serviesfonds 5. Van dit sorviesfonds werd achter in het menageboek aanteekening gehouden. Hamerster. s-Gravenhage23 Juni 1894. kapt. inf. Rookzwak buskruit. Het rookzwak buskruit, dat in het Oostenrijksch-Hongaarsche leger is ingevoerd, schijnt zeer gevoelig voor klimaatsinvloeden, althans voor de koude. Wanneer de thermometer tot eenige graden beneden het nulpunt daalt, ontvlamt het moeilijk. Blijkens kortelings geleden te Wiener-Neustadt gehouden proeven, kwa men bij het voor het geschut gebezigde rookzwakke buskruit bij een temperatuur van 6 graden beneden nul talrijke weigeringen of nabran- ders voor (26 op 38 schoten). Daarentegen kwamen bij een temperatuur van 4 graden slechts 2 wei geringen op 120 schoten voor, maar wederom een groot aantal nabranders. {Spectateur militaire). Petroleum. Aan boord van het Fransche oorlogsschip „Surcouf" zijn proeven geno men met petroleum. Op het dok was in een waterketel van een inhoud van 2000 L. de petroleum geborgen. Met oen pomp werd deze vloeistof naar de stookplaats gevoerd, waar de steenkool met petroleum werd gedrenkt. Gedurende twee uren werd met slechts twee ketels gestoomd met deze gedrenkte steenkolen; daarbij kon een vaart van 13.5 mijl worden behou den. Een gelijk tijdsverloop mot gewone steenkool stoomende bedroeg de vaart slechts 8 mijl. {Marineblad)

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 196