205
C. een detachement van het 2® garnizoensbataljon, onder commando
van de» kapitein P. J. A. van Neer, sterk 3 officieren en 84
minderen.
Het geheel, sterk 46 officieren en 1048 minderen, onder bevel van
den luitenant-kolonel J. A. Yetter.
Elk geweerdragende zou 80 patronen bij zich hebben.
Twee gewapende marinesloepen posteeren zich bij de monding van
de Koeala Atjeh.
De colonne Yink had in opdracht: des morgens te half zes ure van
de Panteh Perakpoort af te macheeren langs den weg Kota-Radja
Lamjong, om vervolgeus den Pedirdijk in Noordelijke richting volgende,
den vijand, wiens sterkte op 5 k 600 man wordt geschat, en die naar
luid van berichten, zich in Koeala Zuid, Koeala Noord, Kandang
Radja Perak, Kota Laksamana en Kandang Radja Bedil genesteld
heeft, met behulp van de colonne Barthelemij, die daartoe over Kota
Pohama en Kota Vfoesapi naar Koeala Noord zou oprukken, aan te
tasten en uit zijne stellingen te verdrijven.
De colonne Vink zal aanvankelijk den vijand slechts hebben bezig
te houdenzoodra evenwel de colonne Barthelemij de kampong
Koeala Noord zal genaderd zijn, ter signaleering waarvan de beide
colonnecommandauten onderling het noodige zullen afspreken, (1)
zal de colonne Yink in verband met de colonne Barthelemij op
dien kampong aanrukken en dien helpen vermeesteren. Na de
verovering van Koeala Noord ageert de vereenigde troepenmacht
tegen Laksamana en Kandang Radja Bedil.
De colonne Yink, die wij kortheidshalve in den verderen loop van
ons verhaal colonne A zullen noemen, werd navolgenderwijze ingedeeld.
Yoorop de cavalerie, onder ritmeester van der Schoot, met last de
(1) Er werd overeengekomen, dat de colonne Barthelemij op het goede oogenblik
drie keer „Geeft Acht" zou doen blazen en de colonne Vink dit signaal zou herhalen,
ten bewjjze dat het verstaan was.
Door het knetteren der geweerschoten bij de colonne Vink, die reeds spoedig in
vuurgevecht kwam, werd evenwei van het signaal Barthelemjj niets gehoord.
