15 geen wonder dat hunnerzijds de drukkingen niet spoedig worden gemeld. Dit euvel werd zeer in de hand gewerkt door de handelwijze die aanvankelijk is toegepast om stukrijders te straffen wanneer hun muildieren gedrukt waren. Ze hebben dit dikwijls gezien of er van gehoord en de verderfelijke gevolgen gaan er pas langzaam uit. Ik voor mij zou echter stukrijders straffen, welke een of ander ziekte verschijnsel dat zij bij de noodige oplettendheid goed konden waar nemen, niet opmerkten of nalieten te melden. Bij muildierbatterijen moeten althans de stukscommaudanten, ieder voor hun stuk, onder den middagstaltijd de moeite nemen al de muildieren met de hand over de ribben te strijken waarbij het constateeren van verhevenheden, van een hobbelig oppervlak en ook van saamgepakte haarmassa's aanleiding moest geven tot een grondiger onderzoek en tot het brengen van het dier op het ziekenrapport van den volgenden morgen, natuur lijk na mededeeling en met goedvinden van den officier der week. (1) (Slot volgt.) J. van de Velde. (1) Terwijl ik het volkomen begrijpelijk vind dat èn de officier der week èn batterij- of eskadronscommandant verwittigd willen worden, en vóór allen, van eventueel waar genomen abnormaliteiten bij de hun toevertrouwde dieren, teeken ik er protest tegen aan dat dit somwijlen te ver wordt gedreven en er toe leidt, gelijk ik het herhaal delijk heb ondervonden, dat men met het rapporteeren van een ernstig ziektegeval als koliek of een wond van beteekenis uren wacht om den paardenarts daarmede in kennis te stellen omdat eerst de officier der week of de batterij- of eskadronscommandant er bericht van moet ontvangen. Het is mjj voorgekomen dat ik in den ziekenstal was, dat men dit wist, meer dan een uur lang en dat mijn hulp bij stoornissen van ernstigen aard niet werd ingeroepen om die reden, zoodat men mij zonder eenig bericht weer liet vertrekken en ik het 's anderen daags eerst vernam. Is dit een wanbegrip, een ver keerde interpretatie van een onderofficier, dan dient daartegen streng gewaakt te worden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 26