311 Om 10 uur Y. M. werden alauu de navolgende bevelen uitge vaardigd de voorhoedecolonne Schmidt rukt voorwaarts op Moereh en trekt daartoe zoo spoedig mogelijk de voor haar liggende sawah door, bezet den rand der vijandelijke kampong en wacht aldaar nadere be velen af; de colonne van der Schoor neemt op de hoogte de stelling in, die de voorhoedecolonne verlaat en gaat niet eerder vooruit dan nadat de voorste colonne den kampongrand zal hebben bereikt, terwijl de derde colonne Reeringh de voorhoedecolonne op 100 pas als reserve volgen zal. Aan deze bevelen werd onverwijld gevolg gegeven en bereikte de colonne- Schmidt, zonder verliezen, weldra het object van den tocht, de kampong Moereh, welke vervolgens op nadere orders van den ma joor Barthelemij doorgetrokken werd, ten einde alsnu tegenover den missigit positie te gaan nemen. Inmiddels was de colonne van der Schoor niet werkeloos gebleven, daar zij heel wat te vuren kreeg op den aan alle zijden opdringenden vijand, die met leede oogen had aan te zien, hoe de colonne Schmidt recht op het doel afging. Voor de colonne van der Schoor werd het nu ook tijd, de hoogte af te dalen en op Moereh aan te marcheeren. Bij de colonne Schmidt zou het nu niet lang meer duren, om den vijand in het wit der oogen te gaan zienhet gewichtige oogenblik naderde om aan den vijand zijnen tempel te ontwringen. Tot aan den oever der Atjehrivier voortgerukt, alwaar de zoo even genoemde voorhoedecolonne van uit den missigit en den tegenover- gestelden oever met lilla, donderbus en geweer beschoten wordt, we ten Schmidt's salvo's weldra den vijand van den oever te verjagen en Dl. n, 1894. 21 Deze evenwel, in eene opwelling van menschelijk gevoel, ging alsnu met beiden tot den bassa, waarop de vertegenwoordiger des sultans den misdadiger vroeg, waar om hij geen gebruik gemaakt had van de gelegenheid om te ontkomen. De gevonnisde erkende daarop oprecht, welke gedachten bij hem waren opgerezen, doch dat hij het niet over zich had kunnen verkrijgen, om de grootmoedigheid, de moerroewwe van den ander met ondank te beloonen. "Welnu! hernam de bassa, dan wil ik thans ook moerroewwe zijn. Gij zijt vrij! J. A. Y.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 328