325 Engeland staat aan het hoofd der staten, die in tijd van vrede er troepen op nahouden, welke geheel bestemd zijn voor de tele- graphie. Het telegraaf bataljon bestaat uit twee af deelingen. De eene, in garnizoen te Aldershot, bestaat uit 4 sectiën, een voor kabel en drie voor hangende lijnen, alle met volkomen uitgerusten trein. De tweede afdeeling houdt hoofdkwartier te Londen. De Directeur-Generaal der Rijkspost benut deze afdeeling geheel voor de telegraphie. Een majoor der genie, commandant der afdeeling, fungeert als als Rijkstelegraafdirecteur, officieren en minderen in de overige be trekkingen. Door deze beide afdeelingen te verwisselen, blijft de troep gelijk matig geoefend. De officieren van het telegraafbataljon zijn genieofficieren, die daarbij voor 3 of 5 jaren gedetacheerd worden. De recruteering der manschappen heeft als volgt plaats: le "Vrijwillig teekenende jongens (Boys). 2° Rijks post- of spoorwegtelegraphisten. 3e Soldaten, die wenschen over te gaan bij dat bataljon. Een recruut, die zich vrijwillig verbindt, doet dit voor 12 jaar, waar van 3 jaren actief en 9 in de reserve of voor 7 jaar actief en 5 in de reserve. Ook kan men zich voor 21 jaren verbinden. Eerst krijgt de recruut eene zuiver militaire opleiding van 3 a 4 maanden en vervolgens gaat hij naar een technischen cursus te Chattam voor 6 maanden en verlaat dezen niet, voordat hij 25 woorden zonder fouten per minuut op het gehoor met het klopseintoestel kan seinen; daarna gaat hij naar een der afdeelingen. Ten einde een denkbeeld te geven omtrent de bekwaamheid der Engelsche telegraafafdeeling dient eene oefening in Mei 1891 onder leiding van den Majoor Beresford vermeld te worden. De afdeeling zou op den straatweg van Aldershot naar Chevening bij Sevenoaks eene leiding van 77 KM. staaldraad op stangen leggen. De afdeeling werd verdeeld in 8 detachementen ieder detache ment bestond uit 1 bereden en 1 onbereden onderofficier, 9 werkers, 3 voerlieden en 1 zesspannigen wagen met 6 Engelsche mijlen draad en verdere behoeften.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 342