351
Want eene zoo aangelegde standplaats versterkt zelfs de voeten der
daarin staande paarden. Verder moet de stalknecht het paard niet
slechts voor het poetsen naar buiten brengen, doch het ook na het
morgenvoeder van de krib afbinden, opdat het des te meer trek krijgt in
het avondvoeder.
Zoo zal de ruimte buiten den stal het doelmatigst zijn en de voeten
versterken, als men die met 4 tot 5 karren ronde steenen, ter grootte
van een vuist en ongeveer een pond zwaar, ophoogt en die steenen
met ijzererts vastzet, opdat ze niet uit elkander vallen. (Hier wordt
bedoeld roode ijzeraarde). Want staat het paard hierop, zoo is
dit hetzelfde als liep het altijd een gedeelte van den dag op een
steenigen weg. Het moet immers bij het poetsen en bij het af
weren der vliegen de hoeven gebruiken, de beenen oplichten alsof
het gaat. Ook de stralen der hoeven worden door de zoodanig op
gehoopte steenen gesterkt. Men moet zorgen, dat de hoeven hard
worden, eveneens dat de mond zacht blij ve en de middelen om het
vleesch van den mensch en den mond van het paard zacht te maken
zijn dezelfde. (1)
VIJFDE HOOFDSTUK.
Zaak is het ook voor een echt ruiter om zijn stalknecht in zijne
verrichtingen bij het paard voor te bereidenvooreerst n. 1. moet hij
weten, dat hij den knoop van den stalhalster nooit mag maken, daar
waar het kopstuk ligt, want daar het paard dikwijls aan de krib
wrijft, zoo zal de halster, als hij niet goed zit, dikwijls wonden
veroorzaken.
Heeft het paard daar een wond, dan zal het noodzakelijk bij het
poetsen en bij het optoomen lastig zijn. Goed is het ook als men
den stalknecht de taak oplegt, dagelijks de mest en het legstroo van
het paard op eene bepaalde plaats naar buiten te brengen. Doet hij
dat, dan zal hij niet alleen met zijne bezigheden het beste klaar komen,
doch ook het paard ten nutte zijn.
Ook moet de stalknecht het paard den muilkorf weten aan te doen,
9
(1) Als zoodanige middelen werden aangegevenhet wrijven met de hand, het nat
maken met lauw water, het zalven met olie» doch zijn die hier denkelijk niet genoemd
omdat ze zoo algemeen bekend en door ieder in practijk gebracht werden.