373 Lam Lilip, Nesoeh naar Toebaloe, terwijl een sectie artillerie op Tjot Goë stelling zoude nemen. Rest alzoo nog de indeeling van het peloton cavalerie. Vraagt men ons op welke wijze dit peloton cavalerie ten nutte van de andere wapens te gebruiken ware geweest, dan zou dit zelfstan dig langs de hierboven genoemde wegen in de richting van Biloel ter verkenning moeten zijn gezonden. Het object was Biloel, zoodat de richting van de verkenning aangegeven wasbleek het dat de vijand te sterk was, zoowel in aantal als wat zijn stelling betreft, dan had hiervan in tijds gerapporteerd moeten worden aangenomen dat de chef van den staf bij het peloton persoonlijk verkende en zou in tijds ingezien zijn, dat de beide colonnes tevergeefs in de aange geven richting zouden opmarcheeren. (Zooals wij zien zullen, zijn de colones zonder hun doel bereikt te hebben teruggekeerd). Volgen wij het peloton cavalerie. In twee afdeelingen verdeeld, dus ieder 14 a 16 ruiters sterk, werd een afdeeling toegevoegd aan den chef van den staf, die zich op Tjot Goë bevond, welke afdeeling daar ook gebleven is tot het overbrengen van orders naar de vooruitrukkende colonnes, terwijl de andere afdee ling als ordonnansen werd toegevoegd aan de tweede colonne. Alzoo 30 ordonnansen op een sterkte van een batterij artillerie en drie compagnieën infanterie. Waar moet het op deze wijze heen als er eens een grootere macht uitrukt Niettegenstaande hevig vijandelijk vuur marcheerden beide colonnes doortastend, doch langzaam op. Waarschijnlijk zijn de door deze colonnes vei kregen verliezen oorzaak geweest, dat zij den last ont vingen op Tjot Goë terug te trekkenwij zien ten minste de eene colonne over de sawah van uit kampong Lamkoenjit naar den weg Tjot Goë Biloel terugtrekken, om zich op dezen weg met de andere colonne te vereenigen. Bij dit terugtrekken nam de vijand de colonne nog onder vuur tot bij het moeras voor Tjot Goë, en kregen wij nog een doode en enkele gewonden. Ofschoon wij op den voorgrond gesteld hebben niet in de bewegingen der andere wapens in te grijpen, zoo hebben wij voor ditmaal van dezen stelregel moeten afwijken, ten einde de volgende vragen te kunnen stellen

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 390