385 In den regel zal hij wel infanterist wezen, èn op grond van het grootere sterktecijfer aan infaoterieofficieren, èn op grond van de meerdere gelegenheid die de infanterieofficier heeft om zich tot troepenleider te bekwamen, doch de troepenleider behoeft daarom geen infanterist te zijn, en dus is het spreken van „infanterieaan- voerder" daar waar „algemeene bevelhebber" bedoeld wordt, persé verkeerd. Laten de officieren der andere wapens zich dus niet aan deze on juistheid ergeren J. J. B. Fanoy. Weltevreden29 September 1894.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 402