390 Het materiaal dat op een tweespannigen stations- en vier vierspan- nige wagens geladen kan worden, is voldoende voor 30 KM. blanken draad, 8 KM. kabel en voor 4 tot 6 stations en even zoo vele Aubry-telephoonstations. De etapenafdeeling is zoo sterk dat 2 complete bouwcolonnes, 4 stationstroepen en een reserve geformeerd kunnen wordener zijn daarbij 2 vierspannige en 4 tweespannige wagens, die ongeveer 16 KM. veldtelegraaflijn en 60 KM. etapenlijn en 4 telegraafstations kunuen samenstellen. Het materiaal is gecombineerd veld- en- etapenmateriaal; palen moe ten gerequireerd worden. Omtrent Noorwegen is alleen bekend, dat sedert 1887 bij de leger- organisatie is vastgesteld, dat ieder bataljon zal bestaan uit 2 sap- peurs-, 1 pontonnier-, 1 telegraaf- en 1 genieparkcompagnie. In Zweden bestaat in vredestijd de veldtelegraafcompaguie uit: 1 kapitein, 3 k 4 luitenants, 4 5 onderofficieren, 24 korporaals, 2 trompetters, 20 voerlieden, 18 handwerkslieden en 56 tot 120 ge wone soldaten. In oorlogstijd wordt de sterkte vergroot door de reserve. De compagnie wordt verdeeld in 3 afdeelingen (tactische eenheid) onder commando van bereden luitenantsiedere afdeeling in 3 sec tiën. De twee eerste sectiën zijn van gelijke formatie en heeten liniesectiënzij zijn bestemd voor het maken der geleidingen. De derde sectie de reserve- of bureausectie bestemd voor de bedie ning en inrichting der stations, zorgt tevens voor de benoodigdheden der bureaux en voor de reservematerialen. De vorming van d.en soldaat-telegrafist vordert een diensttijd van 3 k 4 jaar bij den troep. De eerste zes maanden zijn bestemd voor de zuiver militaire oplei- ding, de vijf volgende maanden gedeeltelijk voor militaire, gedeeltelijk voor telegraphische opleiding; daarna gaat de man naar de militaire tele- graafsehool. Rusland heeft zijne vroeger reeds genoemde telegraaf-parken, sterk: 6 officieren en 249 man, benevens 124 paarden, verdeeld in twee geheel zelfstandige deelen, ieder met 2 stations-, 1 werktuig-, 1 materiaal- en 1 fouragewagen en 35 KM. leidingsmateriaal. Het eene deel bouwt de lijn, het andere gedeelte ruimt haar weg, zoodra dit noodig is.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1894 | | pagina 407